Belgium Rhythm ‘n’ Blues Festival zaterdag 16 juli 2011

De meeste liefhebbers hadden de pessimistische weersvoorspellingen naast zich neergelegd en waren massaal richting Peer getrokken om er van de uitstekende affiche van zaterdag 16 juli te genieten. De hardcore bluesfanaten moesten nog een dagje op hun honger zitten tot acts als Robert Randolph en Sharrie Williams zich op zondag meester van het podium maakten.

Zaterdag was feitelijk een pure rock ’n’ roll dag. Er was zelfs een behoorlijk potentieel aan rockabilly voorhanden. Bij de 27ste editie van het Belgium Rhythm ‘n’ Blues Festival in Peer mag, afgezien van het weer, deze zaterdag als uitermate hoogstaand worden gecatalogeerd.

Klokslag 12 u. maakten onze noorderburen Charley Cruz and The Lost Souls hun opwachting. Je zou hun muziek Americana kunnen noemen, maar dan wel vermengd met een flinke scheut country. Voor dit laatste stond de pedal steel van Dusty alvast garant. De verdere bezetting ziet er uit als volgt : Charley Cruz (zang, gitaar), Jerry Brown (gitaar), DJ Ciggaar (bas) en Ron Cruz (drums). Cruz en zijn kompanen hebben inmiddels twee albums op hun naam, ‘Life On The Edge’ uit 2005 en ‘The Last Warrior’ uit 2009, waaruit bij hun set behoorlijk werd geput. Zo is ‘Small Town Girl’ een aanstekelijke rocker die afkomstig is uit ‘The Last Warrior’. Op ‘Time For A Change’ nam bassist DJ Ciggaar de zang voor zijn rekening, en hij kwijt zich hier meer dan behoorlijk van zijn taak. Zijn stem deed bij momenten aan Omar Dykes (Omar And The Howlers) denken.
Charley Cruz and The Lost Souls brachten ook nog een prachtige versie van ‘The Weight’ (The Band). Charley Cruz and The Lost Souls is een uitermate geschikt gezelschap om een festivaldag op gang te trekken.

We hebben het enkele jaren zonder Last Call moeten stellen en daarom deed het dubbel deugd om Henk Van der Sypt (zang, rubboard en accordion), Luke Alexander (gitaar) en Dynamite Steve Wouters (drums) opnieuw samen op een podium zien te staan. Stefan Boret beroert de bassnaren, maar Stefan was er niet bij toen ik Last Call de vorige keer (maar dat moet dan in de beginjaren van deze eeuw zijn geweest) zag optreden.
Henk en zijn vrienden bleken in uitstekende conditie te zijn. Getuige hiervan het haast onherkenbaar gemaakte ‘Cadillac Walk’ van Moon Martin.  Het lang uitgesponnen en op Bo Diddley ritme uitgevoerde ‘You Gonna Be Mine Tonight’, liet veel ruimte voor improvisatie. Henk maakte daar dankbaar gebruik van om er een harmonicasolo aan op te hangen en zijn rubboard vanonder het stof te halen.
Last Call ging helemaal uit de bol bij de Tex-Mex medley ‘Rosalita/Anselma’. Tex-Mex of Conjunto is een genre dat wij hier veel te weinig horen en Last Call kan die leemte perfect opvullen. We hopen in de nabije toekomst nog meer zulke prachtconcerten van Last Call bij te wonen want we hebben ze veel te lang moeten missen.

Waren de bluesliefhebbers zaterdag in Peer niet aan het feest, dan mochten de liefhebbers van rockabilly niet klagen. Over de drie dagen uitgesmeerd konden ze genieten van J.D. McPherson, The Paladins en Brian Setzer en we beginnen met J.D. McPherson uit Oklahoma.
Een klein jaartje terug verscheen zijn eerste (uitstekende) cd, ‘Signs & Signifiers’. Daar prijken twaalf tracks op, waarvan J.D. McPherson (zang en gitaar) er tien zelf heeft geschreven, alleen of bijgestaan door bassist Jimmy Sutton en toenmalig drummer Alex Hall (nu vervangen door Jason Smay). Bij het samenstellen van zijn setlist heeft hij uitgebreid beroep gedaan op songs uit die cd, zoals de stomende rocker ‘Fire Bug’. Bij ‘Country Boy’ liet J.D. veel ruimte voor een geweldige solo op slapping bass door Jimmy Sutton. Andere opzwepende tracks waren ‘B.G.M.O.S.R.N.R.’, ‘North Side Gal’ en ‘Country Boy’. Tussendoor mocht ook saxspeler Jonathan Doye zich in de kijker spelen. J.D. Mc Pherson schotelde ons ook nog een uitstekende versie ‘Ooh! My Head’ voor. Dit is een minder gekend nummer van Ritchie Valens en één van de weinige covers op de lijst van J.D. McPherson. De bisnummers zaten er aan te komen en er werd gekozen voor ‘Your Love (All That I’m Missing)’ en ‘You Got To Loose’.

Ian Siegel trok naar Tennessee en ontmoette daar de muzikale families Dickinson en Burnside. Het is er aan te zien want Ian Siegel oogt op die manier iets minder Brits, met een vette knipoog naar Amerika. Zeker wanneer hij dan nog eens met een witte cowboyhoed op zijn hoofd door de gangen schuifelt. Ian Siegel heeft in de States blijkbaar een muzikale thuis gevonden en ik zou niet durven zeggen dat hij daarmee verkeerd bezig is. Integendeel, want Siegel bracht ons een spannende set met heel wat hoogtepunten. Ian liet zich begeleiden door volgende mensen : Andy Graham (bas), Paddy Milner (bas) en Cody Dickinson (drums). Cody is de broer van Luther Dickinson en beide maakten deel uit van The North Mississippi All Stars. Luther Dickinson speelt nu slide gitaar bij … jawel, The Black Crowes en zorgde zaterdagavond voor een hoogtepunt door bij Ian Siegel te komen meejammen. Daarmee is dan weer eens bewezen dat de wereld rond is. De setlist bestond hoofdzakelijk uit materiaal van de laatste cd ‘The Skinny’ en bevatte nummers als ‘Picnic Jam”, ‘Devil’s In The Details’ en ‘Mooshine Minnie’. Toen Ian Siegel ‘Sign O’ The Times’ van Prince inzette, dacht ik er plots aan dat ik dorst had en daar dringend iets moest aan doen.

Aankondiger van dienst Walter Broes glom van de pret toen hij zijn dikke vrienden uit San Diego, California, The Paladins, mocht voorstellen. Nog voor The Paladins één noot hadden gespeeld, werden zij door de vele aanwezige fans al getrakteerd op een oorverdovend applaus, dat gedurende de rest van het optreden niet meer ging liggen. Het applaus was volgens mij zelfs ten volle verdiend, want als we uitblinkers moeten aanduiden, waarom dan The Paladins niet. Dave Gonzales (zang, gitaar), Thomas Yearsly (slappin’ bass) en Brian Fahey (drums) hebben helemaal niets meer te bewijzen en toch vliegen ze er bij elk optreden nog steeds frontaal in, zoals nu ook weer met een kletterende surfinstrumental. Meteen was de trend gezet en daarbij waren ook de laatste stijve harken aan het dansen geraakt. Niets dan toppers op hun setlist zoals ‘Irene’, uit hun legendarische top-cd ‘Rejiveinated’, of ‘You Got Your Hands In My Pocket’, ‘Looking For A Girl Like You’ en ‘I’m So Glad You’re Mine’. Op het gitaarspel van Dave Gonzales zit nog niet het minste beetje sleet en Thomas Yearsley stal de show door zijn grote contrabas over het ganse podium mee te zeulen. Er werd ook naar de begindagen teruggegrepen. ‘Years Since Yesterday’ is een album dat nauwelijks moet onderdoen voor ‘Rejiveinated’ en daaruit speelden ze hun eerste single en grootste hit ‘Going Down To Big Mary’s’. De vele fans waren een delirium nabij. Het optreden van The Paladins was letterlijk voorbijgevlogen, maar we hadden nog recht op twee encores, namelijk ‘Right Track’ en ‘Mercy’ (bekend van The Collins Kids).
Tijdens het optreden van The Paladins had men de grote waterkraan hierboven volledig opengezet en niemand bleek bij machte om ze terug dicht te draaien, zodat we er nog een kleine zondvloed gratis bovenop kregen.

De tweede vaderlandse band die zaterdag op het podium van BRBF stond was Triggerfinger en je voelde het zo in je nek dat er vele fans voor Ruben Block (zang, gitaar), Paul Van Bruystegem (bas en ook gekend onder zijn pseudoniem Lange Polle) en Mario Goossens (drums) naar Peer waren gekomen. We kunnen er niet meer naast kijken, Antwerp’s Loudest  is momenteel zowat de nummer één band in België en daarbuiten. Ze staan op het punt van de grote doorbraak. Hun jongste cd ‘All This Dancing Around’ is niet meer of minder dan een voltreffer. Ik zag eerder dit jaar reeds een sterke performance van het trio op het Roots & Roses Festival in Lessinnes, maar zaterdag was het in Peer zo mogelijk nog sterker. Lange Polle beklom als eerste het podium, in de duisternis met een aansteker in de hand en de fez op het hoofd. Sommige eenheden uit het publiek uitten zich over geluidsoverlast en grepen in paniek naar de oordopjes, maar vele fans genoten met volle teugen van kleppers als ‘I’m Coming For You’, ‘Let It Ride’ en ‘My Baby’s Got A Gun’. Onderwijl kwam iemand op mijn schouder tikken om te vragen of ik geen dorst meer had en zodoende volgde ik het einde van het concert vanuit de backstage ruimte..

Bij The Black Crowes voelden de fotografen zich ietwat beetgenomen. Er mochten enkel tijdens de eerste twee nummers kiekjes worden genomen en de spotlichten bleven onveranderd op fel wit vastgeankerd, zodat de kwaliteit van de foto’s niet veel soeps was omwille van de contrasterende boventoon. Vanaf het derde nummer, wanneer de meeste fotografen naar de backstage waren teruggekeerd, werd de belichting op het podium dan plots wél uitstekend, begrijpe wie kan…
The Black Crowes had de volgende line-up in petto voor het BRBF festival en zijn massaal opgekomen en dolgedraaide fans. Chris Robinson (zang, gitaar), broer Rich (gitaar), Adam McDougall (keyboards), Sven Ripien (bas), Steve Gorman (drums) en zoals reeds eerder gemeld gitaarvirtuoos Luther Dickinson met slide gitaar. Deze topband uit Atlanta, Georgia mag ook in België op een uitgebreide schare fans rekenen want hun repertoire gaat er in als zoete broodjes.  The Black Crowes staken ijzersterk van wal met hun grote topper ‘Jealous Again’. Het viel op dat zanger Chris Robinson net zoveel met zijn kont wiebelt als zijn grote voorbeeld Mick Jagger, maar zijn stem is nog net dezelfde als ten tijde van ‘Shake Your Moneymaker’.  Al hun oude prijsbeesten zoals ‘Sting Me’, ‘Too Hard To Handle’ en natuurlijk afsluiter ‘Remedy’ werden vanonder het stof gehaald. Het moet gezegd dat Luther Dickinson alweer uitblonk op slide gitaar, terwijl wij de neiging hadden te denken dat Chris Robinson wat veel onkruid uit een eerder gespeeld festival in Nederland de grens had overgesmokkeld.

Intussen plensde de regen ongenadig neer, zoadat we ons, met een tocht van meer dan 140km voor de boeg, een beetje vroeger dan voorzien richting Geraardsbergen begaven.
Niettegenstaande we zaterdag van blues verstoken bleven hadden we toch een hoogstaande festivaldag, barstensvol pure rock-’n-roll, meegemaakt.

Fotoalbum Philip Verhaege

Ivan Van Belleghem
Philip Verhaege

FESTIVALINFO & PICTURES