(ge)Varenwinkel – 15e Blues & Roots Festival 24, 25 Aug 2012 – review

FESTIVALINFOPICTURES

Vrijdag 24 & Zaterdag 25 Augustus 2012

De editie was een ode Koen Delen, één van de mannen van het eerste uur en secretaris van het gerenommeerde festival, dat intussen al lang zijn kinderschoenen is ontgroeid. Het festival staat ook geroemd voor zijn financiële bijdrage aan een specifiek goed doel. Dit jaar ging de steun naar ‘Het Centrum voor Aangepaste Sporten’ kortweg CAS vzw.
Op een paar fikse buien na vrijdagavond hielden we het voor de rest echter helemaal droog en de temperatuur was best aangenaam. Dus tijd voor een schitterende editie in de deelgemeente van Herselt.

Vrijdag 24 augustus 2012

De jongens van streekband Dusty Dollar mochten vrijdagavond op de ‘Main stage’ de debatten openen. Dusty Dollar openden, zoals de soundcheck al liet vermoeden, met ‘Working Man Blues’ en om te vervolgen met ‘The Letter’. Het hoogtepunt was weliswaar de spetterende versie van ‘Messin’ With The Kid’. Een aangename en verrassend set, dat bol stond van leuke coverversies.

In de ‘Rootstown’ tent was het de beurt aan Chilly Willy en dit nog wel in de originele bezetting. Huube ging ijzersterk van start met ‘Going Away’. Howling’ Wolf staat centraal op de setlist en songs als ‘Who’s Been Talking’, ‘300 Pounds Of Heavenly Joy’ en ‘Spoonfull’ konden dan ook niet ontbreken.
Bij hun tweede doortocht op hetzelfde podium zette Chilly Wily zijn tanden evenwel in  ‘Twelve Hours’ en het schitterende ‘Help Me’ van Sonny Boy Williamson. ‘Do The Hipshake’ van Slim Harpo was een hoogtepunt waar de eertse danspasjes werden ingezet.

Op de ‘Main stage’ kon Pieter van der Pluym, aka Big Pete ons dan ook meteen overtuigen.
Pete had een cd ‘Choice Cuts’ te promoten, die op het Amerikaanse label Delta Groove records is uitgebracht. Big Pete kon voor die cd op de medewerking rekenen van zwaargewichten zoals Kim Wilson, Rob Rio, Jimi Bott, Kirk Fletcher, Rusty Zinn en Alex Schultz. Die waren er jammerlijk niet, maar zijn vrienden waren vrijdagavond ook niet van de minste. Met gitarist Sander Kooyman, Erkan Ozdemir op bas en ‘Wuff’ Maes aan de drums had Pieter een sterke backing achter zich weten te scharen. Bij nummers als ‘Driftin’ van Lester Butler en Billy Boy Arnold’s ‘Wish You Would’ klopte de wisselwerking, maar bij ‘Chromatic Crumbs’ ging Big Pete even zijn helden William Clarke en Kim Wilson achterna.

Shemekia Copeland mocht op vrijdagavond de stekker eruit trekken. De nieuwe ‘Queen Of The Blues’ had ook heel wat mooi volk zich verzameld met Arthur Neilsen (gitaar), Kevin Jenkins (bas) en Morris Roberts (drums). Shemekia had er overduidelijk zin in en dit resulteerde in hoogtepunten zoals ‘Dirty Water’ en ‘Never Going Back To Memphis’. Uit laatste haar nieuwste album ’33 1/3’, waren vooral ‘Mississippi Mud’ en ‘Ain’t Gonna Be Your Tattoo’ kippenvel momenten.

Zaterdag 25 augustus 2012

Op zaterdagmiddag zijn de Continental Radial Band er met geestdrift in geslaagd ons meteen wakker te krijgen. Ik zou het niet eens zo gek vinden moesten de inrichters de Continental Radial Band als afsluiter programmeren. Want ze spelen gegarandeerd de tent plat. Zeker wanneer er in het publiek een toenemend bierverbruik valt waar te nemen.
Voor hun repertoire grasduinen de sympathieke Kempenaren in de jaren vijftig (Jerry Lee’s ‘Great Balls Of Fire’ en ‘Riot In Cellblock #9’, bekend van onder meer Wanda Jackson). Verder komen Deep Purple en The Who sterk om de hoek loeren.

In de ‘Rootstown’ tent waren er eveneens twee sets voorzien voor The Catsmokes. The Catsmokes, samengesteld uit Gerrit Cuypers (zang, gitaar), Jan Vermeulen, (bas, gitaar), Robert Thijs (drum) en Hans Van Diest, gitaar en zang), serveerden het talrijke publiek in de snikhete ‘Rootstown’ tent een frisse portie country en rockabilly. Een aangename afwisseling.

Op het hoofdpodium waren ondertussen Johnny Masto & Mama’s Boys verschenen en  waren klaar voor een dampende set ruige blues uit Los Angeles.
Johnny Mastro blies zich de ziel uit het lijf op harmonica en kreeg daarbij dekking in de rug van Smokehouse Brown (gitaar en lekker vettige slide gitaar), Michael Hightower (bas) en Gery Furgerson (drums). Ze begonnen er in de hoogste versnelling aan met ‘ Tonight We Ride’ en zouden dit tempo moeiteloos aanhouden. Wat een podium présence staalt Johnny alweer uit.

Varenstore All Star Band is een gelegenheidsband die is samengesteld uit ‘Sax’ Gordon Beadle (zang en sax), Raphaël Wressnig (orgel), Matvas Pribojsski (harmonia), Enrico Crivallaro (gitaar) en Lukas Knöfler (drums).

Sax Gorden had de eer de show op gang te trekken met het swingende ‘Have Horn Will Travel’. Al kreeg ieder bandlid wel de gelegenheid om te soleren bij het knappe ‘Slivovitz For Joe’. Daarna was het tijd om Finis Tasby op de bühne te halen. Gezeten op een barkruk was de West Coast veteraan de sublieme zanger van weleer. Met verve worstelt hij moeiteloos doorheen ‘Rainy Night In Georgia’, ‘Mean Old World’ en ‘I Don’t Want No Woman’.

Op naar het ‘Rootstown’ tent waar de uit Brugge afkomstige cajun en zydeco band Big Bayou Bandits ons verbaasden. Yves Messanny (zang, accordion), Jean-Luc Messanny (drums), Guy Winne (dobro, gitaar) en Werner De Cock (contrabas), kennen hun klassiekers.  ‘Allons A La Fayette’, ‘Sugar Bee’, ‘The Back Door’ en ‘L’anse Aux Pailles’ zijn niet uit s-de setlist weg te denken. De Big Bayou Bandits brachten ook een schitterende versie van Chuck Berry’s, ‘Promesed Land’. Maar dan wel op een zydeco manier die  Johnnie Allan eigen is en bij wie de Big Bayou Bandits kind aan huis zijn.

Tijd voor de bloedmooie Servische, maar in Amsterdam residerende Ana Popovic.
Ana is op doortocht met haar Europese band waarvan Ronald Jonkers (bas), Michèle Papadir (keys) en Stephane Avellandor (drums) nu deel uitmaakten. Ana Popovic bracht de fans in vervoering met het stevig rockende ‘Count Me In’ en het zwoele ‘Unconditional’.
Sexy uitstraling, goed bij stem en vingervlugge slidegitaar. Het maakt een mens bijna blij gezind zot.

Ronnie Baker Brooks had de eer om dit schitterend tweedaags festival af te sluiten.
Blueslegende Lonnie Brooks’ zoon, heeft voorlopig drie cd’s uit ‘Golddigger’, ‘Take Me Witcha’ en ‘The Torch’. Logisch dan ook dat heel wat songs uit deze albums voortspruiten. Ronnie Baker veroverde al even snel het publiek met klassiekers als ‘The Blues Is All Right’, ‘I Just Wanna Make Love To You’ en het instrumentale ‘Hideaway’. Natuurlijk moest en zou Ronnie Baker een bisronde serveren.

De toekomst van de blues verzekerd met Copeland, Brooks en Popovic !

Ivan Van Belleghem

FESTIVALINFOPICTURES

One comment

Reacties zijn gesloten.