Tekst : Ivan Van Belleghem – Fotoalbum ©Philip Verhaege
Duvelblues 2015, Hof Van Coolhem, Coolhemstraat 64, 2870 Puurs – Vrijdag 29 mei 2015.
Duvelblues was dit jaar aan zijn veertiende editie toe. Voor het eerst werd dit gezellige evenement over twee festivaldagen uitgespreid. De backstage ruimte had een opknapbeurt gehad en het was er lekker vertoeven, zo weggedoken achter een smakelijke Duvel.
Spijtig dat de weergoden in een superslechte bui waren. Nu en dan vielen er fikse buien en we konden onze winterjas goed verdragen. De echte bluesliefhebbers lieten zich daardoor niet afschrikken en er kwam toch nog een behoorlijk aantal bluesfanaten naar de Coolhemstraat afgezakt. Het programma oogde in ieder geval veelbelovend.
LUCA GIORDANO & QUIQUE GOMEZ
Het Italiaans-Spaans vriendenduo Luca Giordano en Quique Gomez mochten met hun band om 19u30 het vuur aan de lont steken. Ze deden dit op een sublieme wijze en wel zodanig dat hun optreden nu reeds als één van de absolute hoogtepunten van de ganse festival mocht worden gecatalogeerd.
Luca en Quique lieten zich niet pramen en zorgden voor dynamiet met krakers als ‘Cheaper To Keep Her’, Don’t Start Me To Talking’ (van Sonny Boy Williamson) en ‘One More Chance With You’. Uit hun schitterende cd ‘Chicago “3011 Studios” Sessions’ brachten ze ‘Traveling Man’. Het publiek was meteen opgewarmd en, zoals ik reeds aanhaalde, startte Duvelblues onmiddellijk met een hoogtepunt.
CHRIS DANIELS
Chris Daniels is afkomstig uit Colorado en op Duvelblues werd zijn wagentje aan dat van veteraan Freddy Goxdy en de J.R. Band van gitaarvirtuoos Jan Rijbroek gekoppeld en dit was gen slechte combinatie. Soms gingen ze wel eens richting popmuziek. Nummers als ‘Funky To The Bone’, ‘Joy’, ‘Nobody Knows’ en vooral het meeslepende uit New Orleans weggelopen ‘Something You Got’ deden de balans in het voordeel van Chris Daniels overhellen.
.
.
CAROLYN WONDERLAND
De roodharige Carolyn Wonderland is afkomstig uit Austin, heeft een stem als een orkaan en speelt uitstekend lapsteel gitaar. Wanneer je achteraan in de tent ging staan viel het op dat die stem slechts gedeeltelijk verstaanbaar werd gemixt en het was niet altijd gemakkelijk om exact uit te maken welke song Carolyn Wonderland nu juist aan het zingen was. Haar stem heeft nochtans voldoende volume en rockers als ‘Palace Of The King’ en ‘When I Go Away’ passen haar als gegoten.
Na haar optreden deelde de vriendelijke Carolyn met de glimlach handtekeningen uit.
NICK MOSS & THE FLIP TOPS
Nick Moss & The Flip Tops sloten de vrijdag af op een manier die er best mocht zijn. Nick Moss serveert zuivere Chicago Blues, rijkelijk voorzien van uitstekende gitaarlicks met nummers als ‘Time Ain’t Free’ uit zijn vorig jaar verschenen album. en het aan B.B. King opgedragen ‘Whole Lotta Love’. Vooral Michael Ledbetter, die trouwens uit de operawerld komt, is een meerwaarde voor Nick sound. Samen met de strakke backing van Mike Zabin op bas, drummer Patrick Seals en Taylor Streif op keys werd het publiek op zijn wenken bediend. NMB, een waardige afsluiter van dag 1 !
.
.
.
.
Zaterdag 30 mei 2015
HOWLIN’ BILL
Het weer oogde, vergeleken met vrijdag, toch een tikkeltje zachter en de regen bleef beperkt tot een paar druppels. Zo konden de bluesliefhebbers toch enige tijd op het mooie grasperk doorbrengen.
Gewoontegetrouw mocht er op zaterdag opnieuw een Belgische act van wal steken. Met Howlin’ Bill mag je echter op beide oren slapen. Er straalt een pak métier van Howlin’ Bill af en van bij de eerste tonen van ‘I’m Hungry’, ‘Cruising On The Highway’ en ‘Get It Up’ ging het publiek er vlot in mee.
.
RICK VITO
Een uitstekende opwarmer voor het eerste hoogtepunt van de zaterdag, namelijk Rick Vito.
Vito verwierf vooral rond 1990 (de periode van de cd ‘Behind The Mask’) enorme bekendheid als gitarist bij Fleetwood Mac.
Rick Vito heeft niet bepaald een bluesstem maar verrassend genoeg prijkten er heel wat bluesnummers op zijn setlist. Rick Vito is daarbij ook nog eens een echt slide monster, zodat Elmore James nooit ver uit de buurt was en dat we beslist over een fantastisch bluesconcert mogen spreken. Rick Vito toonde ook veel respect voor zijn voorganger bij Fleetwood Mac, namelijk Peter Green van wie hij ‘Black Magic Woman’ vertolkte.
Rick Vito kreeg de tent op kookpunt toen hij nummers als ‘Shake Your Moneymaker’, ‘Cadillac Boogie’ en ‘You Can Run But You Can’t Hide’ aansneed. Als bisnummer had Rick Vito nog een prachtige uitvoering van Albatros in de aanbieding.
Na zijn optreden ging Rick Vito backstage uitgebreid kennismaken met zijn fans voor een fotootje en een handtekening. Niets dikke nek, maar wel een aanstekelijke glimlach. Rick Vito prees vooral zijn begeleiders. ‘We hebben pas twee keer samen gespeeld’ vertelde hij.
GORDY MCKEENAN AND HIS RHYTHM BOYS
In de tiendenschuur, vlak naast de cateringstand, gingen de concerten dit jaar om 16u35 van start. Er was wel een pak volk naar de tiendenschuur afgezakt om de Canadese Gordy McKeenan And His Rhythm Boys aan het werk te zien met hun akoestische set blues, hillbilly en bluegrass. De opeengepakte massa genoot er echter wel van.
Wie het optreden om 16u35 het optreden had gemist kreeg een herkansing om 22u45. Ondergetekende zette vervolgens een aanval op het hamburgerkraam in.
LUKE WINSLOW-KING FT. ROBERTO LUTI
Een beetje zoals Rick Vito pakten Luke Winslow-King feat. Roberto Luti met een soort lichtvoetige americana uit en zij maakten een uitstekende beurt met aanstekelijke hillbilli-swing. Er werd geopend met het swingende ‘Crystal Water Spring’. De slide gitaar zorgde ervoor dat de sfeer niet al te melig werd en op hun setlist stonden songs als ‘The Coming Tide’, ‘On My Way’, ‘Let ‘em Talk’, ‘Jitterbug’ en Louisiana Blues’. Bij ‘Fish Ain’t Biting’ werd naar de deelname van het publiek gehengeld.
.
.
BIG DADDY WILSON TRIO
Om 18u30 trad het Big Daddy Wilson Trio heel uitstekend op in de overvolle tiendenschuur. Wij maakten van de gelegenheid gebruik om een Duvel te kraken.
.
.
.
.
.
LAYLA ZOE
We hadden de Canadese Layla Zoe vorig jaar op Moulin Blues in Ospel al eens meegemaakt en haar optreden bij Duvelblues verschilde daar niet veel van. Een goed concert, maar sommige nummers werden een tikkeltje te lang uitgesponnen en zodoende volgden de gitaarsolo’s elkaar nogal vlug op, zodat achteraan in de tent de aandacht van het publiek wel eens wilde verslappen.
Layla Zoe zong meestal nummers die ze zelf schreef samen met Henrik Freischlader, met name ‘I’ve Been Down’, ‘Pull Yourself Together’,’Green Eyed Love’, Mother’s House’, Give It To Me’ en ‘Why You’re So Afraid’.
JIMMY BURNS
Tegen de tijd dat Gordy McKeenan zijn tweede set in de tiendenschuur had afgewerkt was het podium gezet voor de afsluitende act van het weerom geslaagde Duvelblues.
Luca Giordano (gitaar) en Quique Gomez mochten het festival afsluiten. ‘De cirkel is rond’ zul je dan zeggen. Maar nu traden ze op als begeleiders van Jimmy Burns en dit werd een afsluiter van jewelste. Een ronduit schitterende set met prachtnummers als ‘Twenty Four Hours A Day’, The Blues Got To Me’, Mississippi’, en ‘The Sky Is Crying’.
Er werd hulde gebracht aan de onlangs overleden Ben E. King met ‘Stand By Me’ en aan B.B. King met ‘Whole Lotta Loving’. Jimmy Burns sluit moederziel alleen af met een prachtige versie van ‘Cold As Ice’.
Proficiat voor Gust Meeus en zijn team voor de schitterende organisatie, al kon er dit jaar wel iets gezegd worden over de catering.
Tekst : Ivan Van Belleghem – Fotoalbum ©Philip Verhaege
Duvel Blues 2015 ( Friday) – Hof Van Coolhem- Puurs- le 29 mai 2015
Texte Francais: Michel Preumont
Duvel Blues: épître quinze aux amateurs de 12-bar chord progressions.
Une première, le festival s’étale sur deux jours, toujours dans le cadre enchanteur du Hof Van Coolhem.
Luk est au rendez-vous, on ramasse Daniel à Vlezenbeek, se tape les bouchons du ring, ramasse une sale averse, pour larguer les amarres à 18:45′ face au chapiteau, 46 mains à serrer, les 6 autres spectateurs nous étaient inconnus.
Niet te veel volk mais un programme du tonnerre: Luca Giordano feat Quique Gomez (it/sp) / Chris Daniels and the Kings feat Freddi Gowdy JR band (usa) / Carolyn Wonderland (usa) / Nick Moss and the Flip Tops (usa).
Un passage au bar, histoire de se rincer les amygdales avant le coup d’envoi.
19:30 , le maître de cérémonie introduit Luca Giordano feat Quique Gomez!
Luca Giordano avait laissé une excellente impression à Puurs lorsque, en 2013, il accompagnait feu Eric Guitar Davis.
Ce soir, c’est flanqué de l’excellent chanteur/harmoniciste espagnol Quique Gomez qu’il lui échoit l’honneur d’ouvrir le gala.
Le bilan ne pouvait qu’être positif, le virtuose italien, que les grands bluesmen ricains s’arrachent lors de leur passage en vieille Europe, et el gran hombre à la voix incroyable, accompagnés par une session rythmique remarquable ( Pablo Bárez del Cueto et David Salvador Fructuoso) ont d’emblée mis la barre très haut.
Tout débute pourtant mal, une corde à remplacer dès le premier morceau qui vire jam à trois, Luca venant prêter main forte à ses compagnons pour achever ce Chicago blues poisseux.
Que ces gars soient adeptes du Chicago blues est une évidence, ils ont enregistré une plaque dénommée ‘Chicago 3011 Studio Sessions’ et vont nous en distiller quelques pépites ce soir.
Les éternelles emmerdes avec des gonzes pas sérieuses( ‘The Fool’ compo signée Luca Giordano/ Quique Gomez) … I’m crazy about you…but it’s time you change your ways… ou le fait de battre les routes comme sur le funky ‘Travellin man’, des reprises de choix, Little Walter ‘ One More Chance with You’ décoré d’une broderie ciselée par l’orfèvre Luca Giordano.
Un petit Albert Collins?
‘If You Love Me Like You Say’ pourquoi tu me traites comme un chien?
Le premier slow blues, déchirant, de la soirée sera dédicacé à Eric Guitar Davis,’ Don’t Ever Leave Me’ que Carlos Johnson a enregistré sur ‘In and out’, il sera suivi par ‘ Don’t start me talking’ un Sonny Boy Williamson de 1955.
Pas à dire l’ antipasti est succulent.
‘ Cheaper To Keep Her’ se trouve au répertoire de Buddy Guy ou de Johnnie Taylor, à tes côtés Amanda, 59 piges, se dandine en arrosant ses escarpins de Duvel.
Quique sur une enceinte, no mike, il entame le standard ‘Ain’t Nobody’s Business’, ce fier hidalgo est doté d’une voix à faire pâlir José Carreras, un petit saut, il enjambe la balustrade pour une balade dans la tente en alternant chant et lignes d’harmonica.
La même Amanda: wouah!
Ce set marquant s’achève par un hommage à Gary Primich, le shuffle ‘My Home’.
Grazie, muchas gracias, tous au comptoir!
Seconde entrée: Chris Daniels and the Kings feat Freddi Gowdy JR band!
Connais pas?
Wiki?
Chris Daniels aka “Spoons” born Christopher Williams Daniels on September 30, 1952, is an American bandleader, singer, songwriter, guitarist, and roots musician.
Plus de quinze macarons, le dernier, tout frais sorti de l’usine, ‘Funky to the Bone’.
Du monde sur scène, huit bipèdes, facebook précise: le cowboy, Chris Daniels, rhythm guitar, vocals – Colin “Bones” Jones, lead guitar – Randy Amen, drums, vocals – Kevin “Bro” Lege, bass, vocals – Darryl “Doody” Abrahamson, trumpet, vocals – Jim Waddell, alto, tenor sax, flute, vocals.
A première vue on n’a pas vu tous ces Ricains, mais Jan Rijbroek, un fameux guitariste doté d’une voix pas banale, Jim Waddell et Doody étaient au poste, Edwin Wezenbeek était aux keys, Edwin Plooyer aux drums, Dario à la basse et casquette à l’envers, le comique de la bande aux vocaux, Freddi Gowdy!
Ces braves gens nous ont concocté une macédoine/pot-pourri ratissant large: du blues, du funk, de la soul, du latino, du r’n’b et du Charlie Chaplin.
Trop de cinéma selon certains, sans mettre en doute les qualités musicales des saltimbanques.
C’est parti, ‘ When you’re cool’, the sun shines all the time, tu parles, mec, le thermomètre indique 11°, un vilain crachin arrose les pissenlits.
Du funk remuant.
Jan au chant pour ‘If God was a woman’ de Richie Sambora, pas le titre préféré de l’ayatollah.
Sur le dernier né ‘Joy’ à la Tower of Power, suivi par ‘Bad Thing’ toujours dans le même créneau.
Paraît que c’est un blues festival, montre leur, petit…. Jan attaque ‘Trouble blues’ .
Beau.
Freddi, le plaisantin, the spirit of BB King is in the room, un voisin cherche l’esprit dans son godet, sur scène on chantonne ‘The thrill is gone’.
Superbe timbre Robert Plant et un jeu qui touche, pourquoi fallait-il que Freddi Gowdy se prenne pour Jim Carey?
Voici ‘Nobody knows’, une parodie de Carlos Santana avant de revenir au founk, ‘I like your shoes’, do you like mine?
Non, mais ta casquette pourquoi pas!
Pour amuser la galerie on place play that funky music white boy ( Wild Cherry) dans la comptine puis on passe à une ballade ‘Till the end of the day’, aussi efficace que quand les zoziaux chantent dans le bois d’Urbanus.
Amanda invite Roel, il décline et va se chercher une Vedett.
‘Something you got’, le rock à la AC/DC ‘ Nothing to lose’ et ‘Funky to the bone’ achèvent le récital.
Amusant, pas mémorable!
Carolyn Wonderland
Née en 1972 à Houston , la blues lady a sorti 9 albums, collectionne une série d’awards et se targue d’une participation au dernier album de James Williamson ( The Stooges).
En trio ce soir, Carolyn, vocals, guitar, lapsteel, et deux associés doués, aux keys and bass keys, Cole El -Saleh, aux drums, Kevin Lance.
Carolyn, c’est l’opposé du band précédent, pas de fioritures, pas de vaudeville, mais du blues haut de gamme d’un classicisme serein.
Non, ce n”est pas Ana Popovic ou autres nana jouant de leur sex-appeal, pas pour dire qu’on a à faire à un laideron ou qu’Ana est nulle, ce qui prime avec la Texane c’est le feeling et la musique.
Bref, un show sobre, fort apprécié par les connaisseurs.
‘Come together’, pas le tube des Beatles, mais un blues written by Carolyn Wonderland and Ruthie Foster, ouvre.
Le titre est suivi par ‘She wants to know’ dans le style Bonnie Raitt, puis vient le nerveux et nasty ‘Judgement Day Blues’ qui déménage sec.
Next song is about a bird, ‘ A victory of flying’.
Some great volatile blues.
A noter qu’aux pieds de la madame on ne distingue pas une armada d’effect pedals, elle se débrouille très bien sans toutes cette technologie, ce que confirme ‘ Two Trains’.
Puis elle enfile une série de morceaux à la lapsteel, ‘Only God knows when’ , ‘If I Had My Way I’d Tear The Building Down’ ( Blind Willie Johnson) et le métallique ‘Misunderstood’, titletrack d’un CD de 2008.
L’assistance admire et vibre.
Ensuite Carolyn reprend la Telecaster to play a song of one of my heroes, un Johnny Winter qui secoue, ‘Still alive and well’.
Certains affirment entendre des tonalités Janis Joplin dans le timbre de Miss Wonderland, maybe, mais pas question de caricature ou de parodie, c’est simplement son registre vocal convenant particulièrement bien à l’environnement blues texan.
En parlant de Janis, voici “What Good Can Drinkin’ Do” auquel succède la ballade’ Golden stairs’ de Robert Hunter et Vince Welnick.
‘The palace of the king’ de Freddie King met un terme à cette excellente prestation, un mix de raw, rootsy, swampy blues avec même une touche de gospel.
La tournée européenne s’achève, à partir du 7 juin elle se tape les States.
Nick Moss and the Flip Tops.
Nick Moss ( chant, guitare), un costaud, ses poignets ont le même diamètre que la cuisse d’un joueur de rugby, est un adepte du Chicago blues qu’il distille depuis 1990 sur les scènes internationales.
Une dizaine de LP’s, le dernier ‘ Time ain’t free’ en 2014 a été catalogué one of the 50 best albums of the year par Guitar World.
Le band, Michael Ledbetter, un descendant de Leabelly, guitare et voix black, chaude et puissante – et probablement, Patrick Seals: drums – le jeune et talentueux Taylor Streiff aux claviers et Nick Fane à la basse.
Deux mots pour résumer le set: high energy !
La clique joue sans setlist, n’annonce pas les plages, on suppose que plusieurs morceaux figurant sur ‘ Time ain’t free’ ont été interprétés.
C’est Nick qui, d’un timbre JJ Cale, entame au chant un premier soul blues .
Dans son énorme paluche la guitare ressemble à un jouet pour gamin, Puurs est impressionné.
Un long solo introduit ‘One more chance with you’ de Little Walter suivi par un slow blues kilométrique, le GPS les avait égarés, Ledbetter se colle au chant, “You’re Breaking My Heart” d’ Otis Rush.
Dehors la t° atteignait huit degrés, faisait bon dans la tente, la Duvel, ça aide, mais les salopards nous refilent des frissons.
Pire qu’Al Capone, ces Chicagoans!
Nick Moss plaisante: take your clothes off.
T’es malade, mec?
Well I mean, ladies, take your clothes off!
T’es plus que malade, toi, il n’y a que trois madames potables ici, remarque un ivrogne!
Assez ri, un petit funk pour faire monter la température, ‘Somebody’s calling my name’ nous rappelle le Band of Gypsies.
Un nouveau slowblues, aux accents soul, porté par la voix incroyable de Michael Ledbetter fait monter la tension.
Après ces instants d’émotion, Nick qui n’est pas le fils de Stirling, ni le grand frère de Kate, un gamin lui a posé la question, décide d’accélérer le tempo pour une pièce aussi musclée que ses biceps.
Tu te déhanchais quand le chauffeur, chaperonné par Daniel, te tapote l’épaule et annonce le taxi est prêt, terug naar Brussel.
C’est de loin que t’endends Nick et sa clique poursuivre leur show.
Tot morgen, Puurs, ’t was een fijne avond!
———————————————————
Duvel Blues 2015 (Saturday) – Hof Van Coolhem- Puurs- le 30 mai 2015
Au menu:
Howlin’ Bill (be) / Rick Vito + the Lucky Devils (usa) / Big Daddy Wilson (ger) / Luke Winslow King feat Roberto Luti (usa) / Layla Zoe (can) / / Gordie McKeeman and his Rhythm Boys (can) / Jimmy Burns (usa).
14:50, dans l’Oldsmobile de Luk, la même équipe rasée de près, Aqua Velva, 4,99€ en solde: Daniel, le caddie et toi, le souffre-douleur!
Puurs, on arrive, mettez la Duvel au frais, bitte.
Déjà du monde, à 15h30′, nos héros nationaux, Howlin’ Bill vont nous présenter leur dernière galette, ‘Hungry’.
Howlin’ Bill ( vocals, harmonica) – Uncle T ( Ken Hontelé) aux drums- son frérot Little Jimmy à la gratte et le trésorier Walkin’ Winne ( Penninckx) à la basse, ont l’air affuté, les lève-tôt ne vont pas s’emmerder, ni s’endormir: un set bien emballé et emballant.
‘I’m hungry’ qu’il dit, Luk n’a même pas encore fait son petit rot d’après déjeuner.
Ce renard hurlant est affamé , il le crie en balançant un premier rhythm’n’roots blues aux ingrédients bien assaisonnés.
C’est bien parti.
Een liedje over drinken alors qu’au Duvel Blues on ne compte que des A A’s, ‘Drink about it, puis ‘ Hidgway of life’ dédié à Steff Peire qui vient de nous quitter.
On vieillit même si dans la tête on est toujours des gamins.
Pas de mauvaise surprise avec Howlin’ Bill, ce band qui a un métier fou, reste dans le peloton de tête du blues noir/jaune/rouge.
‘ Perfect lovers’ aux parfums country- ‘ So close’ traitant de la solitude – le swingant ‘Bellboy John’ – la seule cover de l’album, le superbe ‘Get up’ emprunté à un Suédois moins connu que Bjorn Borg, se succèdent.
Jeanine est en extase devant le jeu incroyable du petit Jimmy, Simone préfère la carrure athlétique de Bill, la rythmique a ses fans également, tout baigne.
En mode funky, ‘Robbin’ a bank’ en souriant, quoi, Stef, tu veux du blues, voilà, servi chaud, ‘A man’s got to do what a man’s got to do’.
La guitare dégouline, ça colle.
Après le shuffle ‘ My baby’ tu quittes la tente, Gordie McKeeman and his Rhythm Boys t’attendent in de Schuur, faut y aller, la capacité de la grange est réduite.
Bye, bye Bill!
Gordie McKeeman and his Rhythm Boys.
Pas catalogués blues, le groupe de Charlottetown ( Prince Edward Island – Canada) a constitué l’agréable surprise du festival.
Old-time music ( (folk/rockabilly/bluegrass/polka….) qui énerve les mains et les pieds, c’était dur de rester assis en entendant ces diables de Canadiens.
La sauterelle, Gordie MacKeeman – fiddle, vocals/ Peter Cann – guitar, vocals/ Thomas Webb – upright bass, banjo, vocals et Mark Geddes – drums, bass, nous ont faire rire tout en distillant une denrée hautement appréciable.
Ils débutent fort par un instrumental délirant ( King Ganam Style?), Gordie, le spaghetti ambulant, entamant un numéro de claquettes qui a fait passer Fred Astaire pour un canard.
Le ton est donné, la suite sera tout aussi réjouissante, les comparses alternant les vocaux.
Thomas se colle au chant pour un bluegrass puis Peter y va d’un titre extrait de l’album ‘Pickin’ N Clickin”: ‘Working title’.
Le mélancolique fiddler’s tune ‘Jim’s lament’ a été composé par Mr McKeeman il y a 10 ans, ils enchaînent sur une gigue vivace voyant le cousin de Jiminy Cricket virevolter agilement.
A love ballad, délicieusement old-fashioned précède un morceau frétillant permettant à tous ces castards de montrer de quoi ils sont capables.
La tournée s’achève, il est l’heure de ‘ Bring my clothes back home’, un tap dance western swing fulgurant.
Attachez vos ceintures, voici un nouvel instrumental speedé et enfin ‘ Listen to the mockingbird’ pour achever le set.
Un second passage est prévu en fin de soirée.
Rick Vito
Retour sous le chapiteau pour Rick Vito qui aura été, malgré sa taille, le grand Monsieur du festival.
Le gars de Pennsylvanie annonce 65 ans printemps , il ne les fait pas, son electric blues, par contre, est ce qui se fait le mieux dans le genre.
Un palmarès éloquent: Fleetwood Mac, Bob Seeger, John Mayall, Jackson Browne, Dolly Parton, Delaney and Bonnie…vous en voulez encore: Roger McGuinn, Bonnie Raitt, Todd Rundgren….
Une formule trio en cette fin d’après-midi, Rick au look Dustin Hoffman + un bassiste ( Marc Inti ) et un drummer (“Big Joe” Cherrygen) qui assurent un boulot formidable surtout si l’on sait que c’est seulement le second gig qu’ils jouent avec Monsieur Vito.
A la slide, ‘Meet me at midnight’, la voix semble fatiguée, traînante, mais ce laidback blues produit déjà son effet.
Place au boogie ‘Mr. Lucky’ de John Lee Hooker.
Quoi, Bram?
Il a des ressources, le mec!
Tu l’as dit!
Il attaque un ‘Fleetwood Mac boogie’ aussi connu sous l’appellation ‘Cadillac boogie’, ça la fait mieux que Lada boogie.
C’est avec un titre de Peter Green qu’il nous arrache des larmes, ‘ Looking for somebody’ .
Le terme est galvaudé, tant pis: la classe avec un C majuscule.
What a beutiful place you have here, it’s kind of paradize, voici le medley ‘ Rollin’ Man/ Bayou Queen’.
Do you mind if I take off my jacket, il la plie soigneusement pour amorcer un de tes titres préféré ,’Black Magic Woman’, version Mac, pas Carlos.
Frissons garantis!
A tribute to Elmore James, le nerveux ‘Red Hot Gal’ puis un nouveau slow blues, ‘Love that burns’, toujours du Fleetwood Mac époque anglaise.
Some Memphis stuff?
Le fantastique “You Can Run But You Can’t Hide”!
Un signe de la table de mix: 10 minutes left.
Ok, on adapte la playlist.
Quoi André?
Oh Well , désolé, fieu, pas ce soir!
‘When we do the lucky devil’ et cerise sur le gâteau ‘ Shake your moneymaker’, Rick nous a mis K O!
Un bis, vite fait?
La perle ‘Albatross’.
Tu dis, Christophe?
Et j’ai pleuré, pleuré…oui, mais l’oiseau marin a pris son envol.
Backstage, Rick fait preuve d’une grande humilité en signant dédicaces et posant avec un trio de Liégeois aux anges, il te refile la setlist et se dirige vers le bar.
Terrible concert!
Trop tard pour la grange, pas grave, tu verras le second set de Big Daddy Wilson, tu restes sous le chapiteau pour Luke Winslow-King feat. Roberto Luti!
Luke Winslow-King è chitarrista, cantante, compositore e scrittore, conosciuto per la sua tecnica “slide guitar” e un grande interesse nel blues ante-guerra e nel jazz tradizionale.
Grazie!
Dernier produit en vente: ‘ Everlasting Arms’.
Les gens devant accompagner l’élégant jeune homme doivent être Roberto Luti, Matt Rhody, Benji Bohannon, Ben Polcer, Tyler Thompson, Brennan Andes, on n’a pas vu tous ces noms, mais impossible de manquer le brillant guitariste italien Roberto Luti, coiffé d’un foulard bariolé.
Les autres étant, sans doute, Benji Bohannon – drums et Brennan Andes – elec. bass.
‘Crystal Water Springs’ des eaux claires, un jeu laidback et un timbre à la Eric Clapton.
Une slide agile ‘I’m travelling myself’ puis ‘On my way’ et ses touches country/gospel ravissent les amateurs du genre.
Ils poursuivent avec ‘Let’em talk’ qui une nouvelle fois ravive en toi des souvenirs de Clapton.
A singalong, ‘The coming tide’ sentant bon la New- Orleans tout comme le swampy ‘Louisiana blues’.
Le pre-war blues ‘Some Cold Rainy Day’ doit dater de 1930, il précède ‘Swing that thing’ un morceau vachement plus agité.
Solo en picking, ‘Fish ain’t biting’ puis en trio sans basse, ‘Never tired’.
Le quartet attaque ‘ As April is to May’ avec de jolies lignes rappelant ‘Johnny Guitar’.
Un mix des plus agréables que certains festivaliers boudent, trop propre à leur goût, ils ont décidé d’écouter ça depuis le jardin, Duvel à portée de main.
Sur son dernier CD, le downtempo ‘Graveyard blues’ .
Un coup d’oeil à la tocante, 20:25, faut y aller si tu veux assister au second set de Big Daddy Wilson, de loin tu entends ‘Esther Please’ et le shuffle ‘Jitterburg swing’ .
D’après les gens s’étant pointés tardivement in de Schuur, Luke Winslow-King aurait interprété un titre avant de remercier la foule.
Big Daddy Wilson.
Wilson Blout, par un beau jour, a atterri en Allemagne, il a trouvé le Schweinhaxe arrosé de Reissdorf Kölsch à son goût et s’est établi dans ce beau pays.
Il vient de sortir l’album ‘Time’ avec un invité de marque, Eric Bibb.
A Puurs, il est accompagné par un duo transalpin, le virtuose Roberto Morbioli (Guitare) et Paolo Legramandi (Basse), le gars de la Caroline du Nord manie les sticks et des shakers divers et roucoule d’une voix chaleureuse tout en souriant comme un premier communiant.
Un premier blues aux accents vaudou te permet d’apprécier ce chant ensoleillé, il poursuit avec ‘Time to move’ la seconde plage du dernier album.
Si t’entends le chant du rooster you know it’s time to go.
Ici, il y avait deux coqs, un Ricain et un autre de Vérone.
Désolé de cracher dans ma serviette, I got flu.
Dirk, wat zegt hij?
Il est flou.
People, we have to catch ‘The Intercity Train’ , pas un TGV, pas une tortue non plus, la machine circule sur des rails gospel, tes voisins battent la mesure.
Steve Miller Band, ‘Fly like an eagle’ avant un titre interprété en duo ‘Mississippi John’ en pensant, bien sûr, à Mississippi John Hurt!
On a composé ‘ Bullfrog’ in the South of France.
Pas étonnant, tous des bouffeurs de grenouilles et ça sent les marais comme chez Dr. John.
A lovesong, now: ‘If you were mine’.
Merde, faux départ, on reprend en Percy Sledge crooning.
Ce set apprécié prend fin par un conseil aux jeunes dames, si vous cherchez l’homme idéal, tapez-vous la campagne, Roberto et Paolo sont des ‘ Country boy'(s), il n’y a pas mieux pour vous rendre heureuses.
Layla Zoé.
Puurs attendait beaucoup de la tigresse de Colombie-Britannique, sans décevoir, toutefois, le show de la rousse tatouée a semblé moins percutant que ce qu’elle a montré à d’autres occasions.
Le concert de la veille au Spirit of 66 et l’after party s’étant terminée aux petites heures est-elle en cause, maybe!
Maintenant la plus grande partie de l’élément mâle déjà plus qu’imbibé ne lui en a pas voulu, certains étant disposés à grimper sur scène pour lui montrer leur affection virile.
Folklore, pas mort.
Première singularité, la basse est tenue par une jolie jeune personne ne ressemblant guère à Gregor Sonnenberg, sinon on suppose que Jan Laacks et Hardy Fischötter étaient de la partie.
Layla se fait attendre, la foule s’impatiente, enfin, les musiciens aboulent, suivis par Miss Zoé fringuée d’une longue robe noire au décolleté scintillant, elle attaque ‘ I’ve been down’.
Pour la 9867è fois on entend la phrase the “reincarnate of Janis Joplin”.
‘ Pull Yourself Together’ à la Bonnie Raitt déménage méchamment, la chevelure de feu tournoie, ton voisin aboie et te rudoie, un coup de coude, tes orteils écrasés, godv., zatlap, tu nous les casses.
Ik ben gelukkig, accent adapté aux lecteurs anversois, hier j’étais dans mon club préféré, ce soir in Vlaanderen, la vie est belle, voici ‘ Green eyed lover’. Transformée en Salomé, elle nous fait la a danse des sept voiles, ce qui ne calme pas l’ivrogne à l’haleine de putois.
A song about being a Gemini, des individus ayant un coeur d’artichaut, ‘ Gemini heart’.
Un second titre jouant sur la corde sensible, décoré d’un interminable soliloque de l’excellent Jan Laacks pas hâtif.
Elle le frôle, se colle sur son épaule, ce flirt énerve au plus point Wim Duvelberg qui envisage d’escalader la barrière pour lui déclarer sa flamme.
Elle l’a remarqué, you want to get funky, ‘Give it to me’.
Elle est dingue ou quoi, sa Duvel il refuse de la lui tendre mais il pense à autre chose.
Shake your ass sont les seuls mots d’amour qui lui viennent à l’esprit!
‘Why you so afraid’ et l’allongé ‘Never met a man like you’ précèdent une version toute personnelle de ‘It’s a man, man’s world’.
It’s an honour to play on the same bill as Jimmy Burns et elle reprend de plus belle ..We’re all lost, in the wilderness…Lost in bitterness… avant de prendre congé.
On la repousse sur scène pour éviter l’émeute, solo, a capella ‘Let it be’.
Wim est retourné au comptoir!
Le dernier à l’affiche: Jimmy Burns!
Une légende du Mississippi blues, 72 berges, mais toute sa tête, une voix aux accents soul et un jeu de guitare limpide, même s’il laisse les soli plus compliqués à Luca Giordano, car oui, le festival se termine avec ceux par lesquels tout avait débuté, Luca Giordano, Quique Gomez, Pablo Bárez del Cueto et David Salvador Fructuoso constituent le backing band du vétéran.
Assis sur un taboure,t il entame un premier Chicago blues gluant ….5 o’clock in the morning, 6 o’clock, think about you alll the time…24 hours everyday…
Plus de soixante-dix balais et toujours amoureux, pffff!
Il enchaîne sur le standard ‘Rollin’ and tumblin’ ‘, Quique, blow your harp, menneke!
Oui, papy!
From the ‘Back to the Delta’ album, this is ‘Killing Floor’, une version pimentée d’un magnifique solo de basse.
L’équipe italo-espagnole est bien soudée, pas besoin de faire appel à Ancelotti ou à Benitez, le but sera atteint!
Le quintet se tape Albert King, ‘ Cadillac Assembly Line ‘ avant d’opter pour Muddy Waters…I woke up this morning… et ta petite amie s’était tirée, le café était froid, les croissants flasques, le chat avait chié dans tes pompes…ouais et plus encore, sans doute!
I had the blues.
On peut comprendre.
Intro cha cha cha.
Luk avance ‘Stand by me’.
Merde, je lui dois une limonade!
Tout Puurs chante, enfin pas ceux qui se sont endormis sur les planches, l’émotion est intense.
Plus mouvementé, voici ‘No consideration’ .
Godv. il assure Jimmy.
Un slow blues avant la fermeture’ The sky is crying’, heureusement pas encore!
Encore quelques titres dont ‘ Whole lotta loving’ pendant qu’on engage le FBI pour retrouver Daniel.
C’est chose faite , on quitte Puurs, Jimmy Burns vient d’entamer ‘Cold as ice’ de Foreigner solo.
Un tout grand festival, sans un seul moment faible!
Tu dis, Geert?
Moest een eindje rijden maar ’t was wel heel leuk. Schijndel ( NDL)!
T’exagères, fieu, Schijndel, c’est à côté de la porte, Eugène et ses potes sont venus de Libramont!
liveactsbelgium.com 
Heel mooi !
Grt, Guy
Black Magic Woman, likes this!
Super, from Renza..
Without any doubt Luca Giordano is one of the best European guitar players! He sounds real… Chicago.