De eeuwenoude burchtruïne van Herzele vormde het schitterende decor voor het allereerste Castle Rock Festival. De locatie mag dus alleszins uniek worden genoemd. Eigenlijk was het de bedoeling van Tineke om een verjaardagsconcert met Jim Suhler te organiseren voor haar geliefde Dirk. De Texaanse bluesrocker ligt zo onvermijdelijk aan de basis van wat plots een driedaags evenement zou worden. Opgejaagd als een jong veulen kwamen wij op Zaterdag aangesneld uit het verre Zwitserland, net op tijd om de laatste nummers van Deep and The Dudes te aanschouwen.
Deze band maakten voorheen vooral naambekendheid als The Bluescrowns en met een jarenlange podiumervaring kruiden ze hun sound vooral met West Coast jump, swing en Chicago getinte nummers. De hemelse bewogenheid van Daan Provoot (al laat hij een licht beschonken indruk na) laat zich makkelijk uiten door een grote dynamiek in de ritmiek van gitarist Paul Voestermans, bassist Arno Vervest en drummer Sjaak Korsten. De swingende originele composities van het kwartet laten zich heerlijk inwerken door covers uit het rijkelijk bluesidioom.
Na een eerste frisse pint gaan we gezwind richting tweede podium waar Lightnin’ Guy zijn opwachting maakt. Guy speelt hoofdzakelijk nummers zijn recentste soloalbum ‘Blood For Kali’. Met grappige bindteksten betoverd hij zijn dolgedraaide fans, die zich zelfs waagden aan enkele voorzichtige danspasjes. Of wat er uiteindelijk moest voor doorgaan.
Op het hoofdpodium is het de beurt aan de Nederlandse The Juke Joints. Met scheurende gitaarpartijen haalt Michel Staat meermaals de aandacht naar zich toe.
De swingende bluesharp van Sonny Boy betoveren zowel ‘Magic Shoes’ als het ovedonderende ‘Hard Times’. Peter Kempe verlaat zijn drumstel om de mandoline te omschouderen, en Rory Gallager’s ‘Going To My Hometown’ te betonen.
Sonny Boy dartelt nog een sterk staaltje uit zijn squeezebox (Franse accordeon) dat uitmond in oerdegelijke zydeco beweringen. Wat dan weer de diversiteit bewerkstelligd in hun performen.
Op het zijpodium barst jong talent van eigen bodem los. Het Gents kwartet Shapeshifted doet ons met nummers als‘Free Wheeling’ en ‘Tonight’ sterk terugdenken aan The Scabs. Al kruiden ze hun tweede set vooral met heavy getinte songs als ‘Phoenix’ en ‘Spirit It Out’. De ware aard van het beestje zeker ?
Tijd voor Jim Suhler and Monkey Beat, de headliner van de dag. Sinds 1999 is de
52-jarige Suhler de rechterhand van de legendarische George Thorogood. Al leid hij ook met zijn band Monkey Beat al bijna twee decennia land een geheel eigen leven.
Van bij de Stevie Ray Vaughan-getinte openingssong ‘Up To My Neck In You’ bleek Jim op ware kruissnelheid te zitten. Aan zijn zijde prijkten Carlton Powel met de baslijnen, Shawn Phares op keyboard en drummer Beau Chatwell. Maar het essentiële onderdeel is uiteraard Jim’s Texas gedreven gitaarstijl. Stormachtige originele bluesrockers als ‘Sunday Drunk’ en de zwaar beladen ballade ‘Chaos In Tejas’ vormen het decor van de setlist. De funky vibes van ‘Black Sky’ en de amarante groove in ‘Juice’ waren dan ook absolute hoogtepunten. In het bisnummer ‘Everbody Must Get Stoned’ (Bob Dylan) kwam streekgenot Jason Elmore en Juke Joint’ Peter Kempe op drums het boeltje nog wat ophitsen. Het concert van Jim Suhler and Monkey Beat was met opruiende gitaren, vreugdevolle bluesriffs en rockende ritmes een hoogtepunt voor het driedaagse festival.
Lamar ‘King Bee’ Chase is dan weer een entertainer pur-sang. Met zijn funky blues tunes bekoorde hij meer dan de ruïnes alleen. En als hij ook nog eens slidegitaar speelt met zijn fles Jack Daniel’s steeg zijn performen naar een onomkeerbaar orgasme. Lamar is ongetwijfeld een onmiskenbaar en extraordinair muzikaal talent. En dat etaleert hij moeiteloos in zijn muzikale sound. Vooral de interactie met bassist Otis Rahim Hornesby zijn bijwijlen spectaculair. Heel wat songs vinden een zalige omgang met Lamar’s ruw stemtimbre en glinsterende gitaargrooves. In de song ’Dallas’ wordt zelfs nog een versnelling hoger geschakeld. Lamar Chase en zijn backingband slingerden ons letterlijk en figuurlijk magisch door de nacht.
Helaas was de publieke opkomst wat aan de magere kant. Al zal dat niet aan de promotie en het organisatorisch talent van Tineke en Dirk hebben gelegen. Want dit duo en een hele rits vrijwillige medewerkers verdienen een dikke pluim.
Hopelijk op naar een tweede editie van Castle Rock !
Tekst & foto’s: Philip Verhaege