26ste Springblues Festival: Marche-lez-Ecaussinnes, zaterdag 11 mei 2013

FESTIVALINFOPICTURES

Spring Blues  11 mei 2013 420Het kan bijna niet anders of de inrichters van Springblues in Ecaussinnes moeten op zere tenen getrapt hebben bij de weergoden want ze hadden hierboven hun pittigste regenbuien voor de zoveelste keer voor dit festival opgespaard.
De bluesliefhebbers laten zich hierdoor niet afschrikken. Zeker als ze zijn, dat Springblues voor zijn 26ste editie opnieuw heel wat fraais in huis had gehaald, kwamen ze opnieuw talrijk naar Marche-lez-Ecaussinnes afgezakt. Springblues is ieder jaar nog steeds en evenement om naar uit te kijken, zo ook door ondertekende.

Voor hun 26ste editie hadden de inrichters voor het eerst een tweede podium voorzien met daarop uitsluitend talent uit de onmiddellijke omgeving. Dank zij uitstekende bands zoals Moonlamb Project, The Thyle’s Band en Mr. D. & The Backsliders konden we met onze eigen oren en ogen vaststellen dat Wallonië buiten zijn lekkere streekbieren ook nog heel wat bluestalent herbergt. Laatstgenoemde groep kreeg zelfs versterking op harmonica door niemand minder dan de immer sympathieke Pierre Degeneffe.
Omdat die tweede tent uitgaf op de cateringstanden konden we van de drie bands genieten met een lekker pitabroodje in de hand of netjes op onze winterjas gemorst.

Niettegenstaande de regenbuien en de armtierige temperatuurtjes is de 26ste editie van Springblues nochtans een succes geworden, ook al om dat de drie hoofdacts op geen enkel vlak ontgoochelden, net zoals trouwens de openingsact. Die openingsact bestond uit het trio George Kilby Jr. ooit begeleider van Pinetop Perkins,, Phil Wiggins & George Breakfast. Zij brachten een akoestisch concert van de bovenste plank. Vooral Phil Wiggins, vroeger de helft van Cephas & Wiggins, was outstanding op mondharmonica. De samenwerking tussen de drie muzikanten klopte als een bus en er werd afgetrapt met het knappe ‘Broke Down Monkey’, een track uit de uitstekende cd van George Kilby Jr., Road Dog’s Holiday’. ‘Fools Night Out’ was een ander hoogtepunt van dit uiterst geslaagd optreden. We mogen gerust spreken over een vroegtijdig hoogtepunt.

Daarna was het op het grote podium de beurt aan de Zweedse T-Bear & The Dukes Of Rhythm. Die schakelden een versnelling hoger en dat ging er bij het publiek vlotjes in. Toen frontman Torbjörn Solberg het publiek ging opzoeken was het hek helemaal van de dam. Zijn versies van songs ‘Heartbreaker’ en ‘Gonna Give Up On Love’ lieten duidelijk de invloed van Stevie Ray Vaughan horen.

Er was een en ander niet in orde met het inreisvisum van de Canadees Jason Buie en daarom diende er voor vervanging te worden uitgekeken. Dit werd dan Shana Waterstown, een Amerikaanse schone die zich momenteel in Parijs ophoudt.
Shana en haar band brachten een meer dan degelijke show voor het voetlicht, maar met covers van ‘Money’, ‘I’m Shakin’, I’d Rather Go Blind’ en ‘I Just Wanna Make Love To You’ speelde ze wel een beetje op zeker.

Renaud Patigny kennen we al heel lang als een sublieme boogie woogie pianist, maar bij zijn samenwerking met Zanzibar is het toch even wennen. Ex-Zap Mama lid Sylvie Nawasido is een uitstekende zangeres die met recht en reden grasduint in het repertoire van Bessie Smith. Getuige daarvan was de uitstekende versie van ‘The Devil’s Gonna Get You’.
Van bij het begin van de set kon je onmiddellijk een dikke Afrikaanse saus proeven in nummers als ‘Poussez, Poussez’ en ‘Tirez, Tirez’. Dit lokte tussen de ene helft van het publiek dolenthousiaste reacties uit, terwijl de andere helft zich afvroeg: ‘Wat komt dat hier doen op een bluesfestival?’. Maar ik kon me wel verzoenen met de sterke Zanzibar versie van de New Orleans klassieker ‘Hot Time In The Old Town Tonight’.

Nu was het tijd voor her zwaardere werk en zoals ik al zegde, geen van de drie hoofdacts ontgoochelde. Het eerste halfuur vlogen Smokin’ Joe Kubek uit Texas en Bnois King uit Louisiana er staalhard in en wel zodanig dat ze schenen te vergeten dat er nog publiek in de tent zat, maar dit maakten ze snel weer goed. Smokin’ Joe Kubek was bijzonder goed geïnspireerd en zijn gitaarsolo’s sloegen in als een bom. De knappe vrouwelijke bassiste die Sheila heette moest alle zeilen bijzetten bij nummers als ‘The Only Girl For Me’ en ‘My Dog’s Still Walkin’. Dit concert mondde uit in een bijzonder fraaie versie van ‘Play With Fire’ van The Rolling Stones. Als bisnummer hielden de heren nog een verschroeiende instrumental achter de kiezen.

Preston Shannon uit Memphis, met in zijn band de befaamde bassist Henry Oden, opende met ‘Let The Good Times Roll’. Preston Shannon moet het in hoge mate hebben van zijn blazerssectie en die zorgde als vanouds voor een mooie, ronde sound bij lekkere funky nummers zoals ‘Tired Of The Devil’ en de bluesstamper ‘Goin’ Back To Memphis’.
Preston Shannon zorgde voor een mooi rustpunt met ‘As The Years Go Passing By’ en Prince hoeft zich niet te schamen over de versie van ‘Purple Rain’, die hij met de volle vocale steun van het publik ten gehore bracht. Het hoogtepunt van het concert was echter de Preston Shannon versie van ‘Born Under A Bad Sign’, die hem vanwege het publiek een free card voor een bisnummer opleverde. Dit bisnummer was een rockende instrumental die verbazend goed op ‘Hideaway’ geleek.

Tom Rigney en Flambeau mogen dan al San Francisco als thuisbasis hebben, hun muziek is één en al New Orleans.
Sinds Tom Rigney er de uitstekende zanger, bassist Steve Parks heeft bijgehaald is er meer evenwicht gekomen tussen de instrumentale en gezongen nummers.
Tom Rigney is een vioolvirtuoos buiten categorie en hij etaleerde dit in nummers als ‘Going To The Mardi Gras’, ‘Swamp Fever’ en het geweldig rockende ‘Serious Party Tonight’. Hij kreeg daarbij efficiënte ruggesteun van gitarist Danny Caron, die ooit nog bij Charles Brown speelde.
De hoogtepunten volgden elkaar nu in een ijltempo op met songs als ‘Le Bal à Châtenier’, ‘The House Of The Rising Sun’, ‘Window Pain Blues’, een bluesnummer van Steve Bradley uit de jaren twintig. Mijn persoonlijke favoriet was echter ‘Tired Of Cryin’ van Papa John Creach.
En dan heb ik nog met geen woord gerept over die schitterende boogie woogie pianiste die Caroline Dahl, die we nog kennen van bij de legendarische Rhythm Sheiks, nog steeds is.
Ze kreeg te tent op zijn kop met ‘Caroline’s Boogie’ en als afsluiter kregen de fans een onwaarschijnlijke versie van ‘Orange Blossom Special’. Dat het hier om een schitterend optreden ging werd bewezen door het feit dat haast nog niemand huiswaarts was gekeerd. Er werd in de tent zelfs nog een polonaise op gang gezet. Tegen zoveel bluesenthousiasme waren zelfs de weergoden niet opgewassen.

We hopen in ieder geval op fraai weer voor volgend jaar. De hardwerkende organisatoren met in hun rangen Pierre Degeneffe en André Hobus verdienen een betere behandeling op dat vlak. In ieder geval eens te meer een dikke proficiat voor hun organisatie. Volgend jaar zijn we met zijn allen terug op post.

IVB

FESTIVALINFOPICTURES

One comment

Reacties zijn gesloten.