BLUES PEER (DAG 3 – REVIEW, PICS)

Blues Peer (Dag 3)
Zondag 15 juli 2018
Verslag en Fotoalbum: Philip Verhaege


De laatste dag van Blues Peer beloofde alweer een veelbelovende editie te worden. België won brons op het WK en kleppers als John Hiatt, Ruthie Foster en Walter ‘Wolfman’ Washington leidde de sfeer naar ongeziene hoogtes. Weken lang haast geen druppel regen in ons landje. De Limburgse weide is haast meer zand dan gras. Ja, ook dat is Blues Peer anno 2018.

IMG_0009

Om dan maar in voetbaltermen te blijven,mochten Guy Verlinde & The Mighty Gators het festival op gang trappen. Niets bijzonders voor Guy, ware het niet dat hij dit jaar niet enkel twintig jaar ‘on the road’ als muzikant viert, maar tevens ook het tienjarig bestaan van zijn band The Mighty Gators. Samen met Stijn Bervoets (gitaar), Benoit Maddens (drums), bassist Karl Zosel en ‘special gast’ en toetsenvirtuoos Tom Eylenbosch exorciseert Guy Verlinde ons van bij noot één met zijn bezwerende veelzijdigheid. Mannen, doe het schreeuwde Rick de Leeuw het uit bij de aankondiging. En dat deden ze ook met nummers als  ‘Rock & Roll On My Radio’ en het zwoele ‘Ain’t No Sunshine’, de enige cover op de setlist. En met het opzwepende ‘Soul Jivin’ had Guy voorgoed de slaap uit onze ogen gejaagd.
Guy Verlinde & The Mighty Gators, de juiste band op de juiste plaats!

IMG_0053

Albert Lee stond naar ons inziens eigenlijk wat vroeg geprogrammeerd. Drie jaar geleden ontbond Lee zijn band Hogan’s Heroes. Nu heeft hij met Ross Spurdle (keys), Ben Golding (bas) en drummer Ollie Sears de ideale soulmates rond zich verzameld. Rock, country of rockabilly, niets is vreemd voor een steeds goed gehumeurde Albert Lee. Openen deden ze met de Fats Domino knaller ‘I’m Ready’, om hun weg te vervolgen met het vingervlugge ‘Two Step Two’ en Graham Parker’s ‘Runaway Train’. Lee bewierookt zijn liefde voor country in nummers als  ‘Song For The Life’ van Rodney Crowell. Country-rocksongs domineren de setlist, maar de hoogtepunten van zijn set waren waarschijnlijk toch de nummers ‘Runaway Train’, ‘Luxury Liner’, dat hij ook registreerde met Emmylou Harris, én Paul Kennerly’s ‘Spellbound’. De 75-jarige Albert Lee laat zich omringen door een jong trio en tijdens de afsluiters ‘Leave My Woman Alone’ en ‘Country Boy’ stonden zowel Walter ‘Wolfman’ Washington als Kenny Neal op de eerste rij geboeid te luisteren. Albert Lee, dat was heerlijk genieten…

IMG_0088

De Australische The Lachy Doley Group was voor ons de grote onbekende van de dag. Bandleider Lachy Doley (vocals, hammond, Hohner  whammy clavinet), bassist Chris Pearson en drummer Jackie Barnes lieten ook bij ons een diepe indruk na.
Lachy Doley, die in zijn thuisland ook wel eens de Jimi Hendrix van de Hammondorgel wordt genoemd, vormde in 2014 de band The Lachy Doley Group. Samen hebben ze met ‘Conviction’ en ‘Lovelight’ twee succesvolle albums op hun actief. Lachy Doley knalt er meteen mateloos in wat het startsein was voor een wervelend performen. Met zijn ruwe stem begeesterd Lachy zijn songs. Energieke blues rock werd alweer fijn afgewisseld met knappe slow blues ballades. En dat maakte deze show zo spannend. Het lekker lopende en swingende ‘Betcha I’ll Getch, het funky ‘Stop Listening To The Blues’ en de ballade ‘Conviction’ zorgden voor heel wat muzikale diversiteit. Zijn Hohner  Clavinet D6 whammy klinkt haast als een slidegitaar en enthousiasmeerde nummers als het onherkenbare ‘Use Me’ van Bill Withers en het hoogoplopende ‘Stop Listening To The Blues’. Het funky ‘Franky My Dear I Don’t Give A Damn’ was dan weer met een vette knipoog naar The Meters. Lachy springt als een jonge hinde tussen zijn Hammond en Hohner whammy en sleepte de sfeer naar ongekende latitudes. En dat hij ook met het mysterieuze ‘Only Cure For Te Blues Is The Blues’. Het afsluitende en swamp gekleurde ‘Lazy Onions’ was een bewerking van Booker T’s ‘Green Onions’. Van deze opwindende sound wordt je niet meteen zo ‘lazy’…

IMG_0132

De inmiddels 74-jarige Walter ‘Wolfman’ Washington is een icoon uit de New Orleans blues scéne. Zijn geboortestad. Tijdens zijn tienerjaren speelde hij in Lee Dorsey’s band. Maar midden jaren zestig vormde Walter zijn eigen band en speelde in clubs in en rond New Orleans. Tien jaar later trad hij toe tot de Johnny Adams Band, tot hij in de late jaren zeventig zijn Roadmaster oprichtte en zijn eerste soloalbum ‘Ranin’ In My Life’ promootte. De kern van zijn sound omkaderd zich nog steeds tussen blues, New Orleans funk en R&B. Zo creëert hij zijn eigen uniek sound.  Met Tom Fitzpatrick (saxofoon), Steve Detroy (keys), Jack Cruz (bas) en drummer Terry Scott werd een uniek funky New Orleans feestje geconstrueerd. The Wolfman is bijzonder goed geluimd en krachtig bij stem. Zijn overheerlijke groovy gitaarlicks komen meteen tot uiting in de openingssong‘I Can’t Stop’. De toon bleek meteen gezet. Een oogwenk naar de uitstekend spelende bassist Jack Cruz was voldoende om een volgend nummer in te zetten. En zo was ook party time bij funky nummers als  ‘Playing Time’ en The Meters-achtige ‘Shake It Up’.

IMG_0193

Rick de Leeuw had goed nieuws en slecht nieuws aan te kondigen. Frankrijk stond bij de rust met 2-1 voor tegen ons geliefde Kroatië. Het goede nieuws was dan weer dat er nog een tweede helft volgde. En als deze pleister de wonde niet heelt is er nog steeds muziek van Ruthie Foster, een volgende grootheid in de blues wereld. De combinatie tussen blues, folk, rock en gospel maken haar sound zo uniek. Met bassist Larry Fulcher en drummer Brannen Temple vormde Ruthie in Blues Peer een uitgelezen trio. Ze deelde ooit het podium met Bonnie Raitt en The Allman Brothers Band en werkte samen met The Blind Boys of Alabama op haar Grammy-genomineerde album ‘Let It Burn’  uit 2012. Vorig jaar was er dan de mooie plaat ‘Joy Comes Back’. Haar krachtige spirituele vocalen zorgen samen met haar onfeilbare opgewektheid voor een knappe showcase.

IMG_0180

Met een verbazingwekkende veelzijdigheid en diversiteit kleurt ze haar optreden. Ruth opende meteen emotioneel met een eerbetoon aan haar grootmoeder in de vorm van ‘Brand New Day’ en het swingende ‘Singing The Blues’, een nummer dat ze vaak zingt op de blues cruise. Bij Lucinda Williams leende ze voor de gelegenheid de ballade ‘Fruits Of My Labor’ en schreef ze in co-schrijverschap met William Bell het mooi geconstrueerde ‘It Might Not Be Right’. Gospel was er dan weer in de vorm van ‘The Getto’, ‘Phenomenal Woman’ en ‘Woke Up This Morning’. Pete Seeger’s ‘If I Had A Hammer’ kreeg eigen arrangementen aangemeten, net zoals Sister Rosetta Tharpe’s ‘Up Above My Head’ en Son House’s ‘People Grinnin’ In Your Face’. Met het reggae getinte ‘Real Love’ en het funky ‘I’ll Be There’ zorgde Ruthie Foster voor de nodige muzikale diversiteit. Ruthie Foster, wat een Texas treasure…

IMG_0223

De blues veteranen Mitch Woods & His Rocket 88’s zijn al bijna vier decennia lang de fakkeldragers van de boogiewoogie sound in deze vaak al te bekrompen blues wereld. Geïnspireerd door de geweldige jumpin’ boogie tunes van de late jaren 40 en vroege 50’s vormde Woods zijn Rocket 88’s. Met een gezonde dosis ritmiek en opwindende New Orleans blues kenmerkt Woods zijn rock-a-boogie sound. Net zoals zijn grote mentor Louis Jordan slaat ook Mitch Woods een brug tussen swing en rock-‘n-roll. Mitch Woods werd geboren in Brooklyn en met een klassieke piano background, begon hij te spelen in clubs rond de State University van New York Buffalo. Hij verhuisde naar de westkust en vestigde zich in 1971 in San Francisco, waar zijn interesse in het spelen van blues en boogiewoogie verder uitgroeide. Hij speelde in de jaren ’70 voornamelijk solo-optredens rond San Francisco. Begin jaren tachtig begon hij te spelen met een band genaamd The Rocket 88’s, die in 1984 hun debuutalbum, ‘Steady Date’ promoten.

IMG_0236

Strak in blauw pak, dito hoed verscheen hij op het podium. Zijn vingervlugheid begeesterde Blues Peer. Nummers als ‘Solid Gold Cadillac’ en ‘Down Boy Down’ zetten meteen de tent in vuur. Alsof het nog niet ‘hot’ genoeg was slingerde hij ons ook ‘Mojo Mambo’ om de oren. ‘Jambalaya’ en ‘Walking To New Orleans’ zorgen voor de spreekwoordelijke gumbo blues. Mitch Woods, jump for joy..!

37236280_10214523911104564_1614580203449745408_n

John Hiatt & The Goners ft. Sonny Landreth mochten het 34ste Blues Peer festival afsluiten. De 66-jarige Hiatt uit Indianapolis, Indiana begon zijn solocarrière in 1974 en heeft inmiddels meer dan twintig albums op zijn actief. Zijn grote doorbraak kwam er met ’Riding With The King’ (’83) maar vooral ’Bring The Family’ uit ’87,  inclusief de hartveroverende ballad ‘Have A Little Faith In Me’, legde John geen windeieren op het Europese continent. Ook het Little Village project, met longtime buddy’s Nick Lowe en Ry Cooder, sloegen gensters in de muziekwereld. Nu laat John Hiatt zich begeleiden door The Goners én Slydeco-virtuoos Sonny Landreth.

37214922_10214523910504549_3551353206879551488_n

Hiatt introduceerde met ‘Drive South’. Het publiek genoot en Landreth’s serene gitaarspel was zoals steeds verbluffend en ontspannen. Hiatt zijn vocaal bereik is nog net zoals dertig jaar geleden en het nummer ‘Trudy And Davy’ klonk heel wat bluesy-er dan op plaat. Ook het strakke ‘Tennessee Plates’ was alweer een goosebumps song. Sonny creëert een strakke slide techniek en geeft ‘Slow Turning’ de perfecte twist mee. John’s inleiding tot ‘Georgia Rae’, over de geboorte van zijn dochter, was alweer een gedenkwaardig liedje, net zoals ‘The Tiki Bar Is Open’. En ook wij kregen er zowaar dorst van. Kenneth Blevins op drums en bassist Dave Ranson ware alweer de perfecte begeleiders. John Hiatt & The Goners keerden nog een laatste keer terug om te eindigen met ‘Memphis In The Meantime’ en Hiatt’s solomoment ‘Have A Little faith In Me’. Deze avond was een showcase van tijdloze songwriting. Thanks John, hope to see you soon! John Hiatt zette een orgel punt achter een schitterende editie Blues peer.

See you next year on 19-20 & 21 juli 2019….!


Met dank aan Blues Peer                                                   Tekst en Fotoalbum: Philip Verhaege
Foto’s John Hiatt: Alain Broeckx