SWING WESPELAAR – retro 2010-2019

Geen festivals deze zomer..! Maar wanneer je Wespelaar binnenrijdt kun je niet naast het uitnodigende bord kijken waarop staat vermeld:
‘Welkom in Wespelaar – bluesdorp’.

De bluesliefhebber voelt zich er ieder jaar thuis en daar zal de voortreffelijk programmatie en de gezellige omgeving niet vreemd aan zijn. Het is haast ieder jaar een pelgrimage van gelijkgezinde zielen ! Elk sprookje heeft een begin. Dat van Swing Wespelaar begon in 1988. Wij doken in ons archief en geven u graag een beknopte ‘flashback’ mee van de afgelopen tien afgelopen edities.


Onder het nom de plume ‘Blues For The People’ vierde Swing Wespelaar hun tweeëndertigste verjaardag op Vrijdag 17 augustus 2019. Traditiegetrouw, drie dagen blues en aanverwante muziekstijlen van een heel hoog niveau. Onze nationale trots Steven Troch mocht toen het festival op gang trekken. Sinds zijn solodebuut  ‘Nice ’n Greay’ uit 2016 gaat het hard voor Steven Troch.

rw3b0040

Wij kennen Steven al langer uit zijn periode bij de verrukkelijke band Friend Bourbon. Maar hij geniet uiteraard ook waardering bij heel wat gerenommeerde Internationale artiesten en stond op het podium met haast alle hedendaagse groten der aarde. Sinds vorig jaar heeft hij de succesvolle plaat ‘Rhymes For Mellow Minds’ in de winkelrekken. Harpvirtuoos en vocalist Steven Troch laat zich nu omringen door gitarist Matt T. Mahony, de immer sympathieke en gedreven musicus die met passie haar basgitaar beroerd Liesbeth Sprangers en drummer Bernd Coene. Het schuchtere is er lang niet meer, en heeft plaats gemaakt voor een gezellige muzikale brutaliteit. Heel wat nummers vloeiden uit zijn nieuwe plaat. De song ‘Bad Taste’ gaat over mensen met een slechte smaak én met ‘White Lane Express’ nam hij ons mee voor een lange treinrit. Gypsy blues en reggae tunes werden fijntjes gealterneerd met een swingende ‘Mister Jones’ en het Chicago blues begeesterde ‘Don’t Lose Your Hat’. Troch staat al een tijdje hoog aan het blues firmament. Zou de Mechelse klei dan toch niet zo heel veel divergeren met de Missisippi Delta Blues clay ground.


Tinsley Ellis werd geboren in 1957 te Atlanta, maar groeide op in het zuiden van Florida. Hij bespeeld zijn lievelingsinstrument, de gitaar, sinds zijn achtste levensjaar. Vooral de drie Kings (Albert, B.B. en Freddie) waren zijn grote voorbeelden en inspiratiebronnen. Zijn lot werd als het ware bezegeld tijdens een concert van B.B. King. De toen pas veertienjarige Ellis kreeg van B.B. King een gebroken snaar van diens Lucille.

rw3b0165

Betovert door de snaar raakte hij na het concert ook nog aan de praat met King, en het was die warme indruk dat gensters deed overslaan bij de kleine Ellis. Na enkele omzwervingen en evenveel bands besloot Ellis het solo en overhandigde een tape van zijn eerste release ’Cool On It’ aan Bruce Iglauer. Eigenaar van het befaamde Chicago blues label Alligator Records. De rest is zowaar geschiedenis. Tinsley speelt nog steeds in de traditie van zijn Deep South muzikale helden en heel wat nummers uit zijn recente release ‘Winning Hand’ prijkten hier op de playlist. Strak openen met de blues rocker ‘Broken Man’. De affectie groeide meer dan considerabel én ook de knarsende blues trage ‘Saving Grace’ en de rocker ‘Cut You Loose’ waren culminatiepunten. In een ruk raasde Tinsley door met ‘To The Devil For A Dime’ en ‘A Quitter Never Wins’. Tijdloze blues funky shuffle’s en probate gitaarriffs zijn Ellis’ trademark. En als ook ‘Highwayman’ door de woofer knalt kan onze avond alvast niet meer stuk. Volgens Atlanta Magazine is Tinsley Elis een van de meest significante blues artiest uit Atlanta  sinds Blind Willie McTell. En dat heeft Swing Wespelaar geweten.


Zaterdag 18 augustus…‘Wanted’… Dos Hombres! Met Johnny Burgin and Quique Gomez kregen we onversneden Chicago blues. Zanger/gitarist Rockin ‘Johnny Burgin ‘hangs his fedora in the Frisco Bay’ én harp man en vocalist Quiqué Gomez ‘hails from Madrid’. Samen en/of afzonderlijk hebben ze vele muzikale trajecten afgelegd met enkele van de laatste grote Chicago-blues artiesten. De in Madrid geboren en getogen vocalist/mondharmonica virtuoos Quique Gomez is voor ons allang geen onbekende meer. We leerde Senior Quique Gomez kennen via onze ‘long time buddy’ Luca Giordano. Johnny Burgin komt uit South Carolina en zag het eerste levenslicht in 1969.

rw3b0078

Hij ging in de eerste plaats niet naar Chicago om te musiceren, maar om er te studeren aan de prestigieuze University of Chicago. Johnny was dj op het college-radiostation WHPK én begon zijn muzikale carrière als begeleider van Tail Dragger in de getto clubs van Chicago’s West Side. Niet veel later toerde hij met Howlin’ Wolf drummer Sam Lay en de betreurde pianolegende Pinetop Perkins. Johnny absorbeerde de blues sound en prefereerde een loopbaan als bandleider. The Rockin’ Johnny Band is een van de meeste geliefde blues bands sinds 1995 in Chicago. Vandaag zijn beiden de gevreesde revolverhelden van de internationale blues scène. In de winter van 2018 gingen ze een muzikale coöperatie aan met release ‘Dos Hombres Wanted’. En dat knap dingsigheidje kwamen ze graag voorstellen in Wespelaar. Na een knappe instrumentale Chicago blues shuffle intro mocht Quique vocaal ‘Don’t Blame Shorty’ in de steigers zetten. Rockin’ Johnny presenteerde ‘Your Charm Won’t Help You’ en het Chicago South Side begeesterde ‘Let Me Be Your Teddy Bear’, in de versie van L.V. Banks. Uit zijn pas verschenen release ‘California Blues’ presenteerde Johnny de titeltrack. Als er een duo is die de Chicago blues belichaamt dan is het wel Rockin’ Johnny en Quique Gomez!


Als er iemand Swing Wespelaar zou verbluffen, dan was het Chicagoan Jamiah Rogers wel. Hij groeide op in het gezellige Calumet City, een zuidelijke buitenwijk van Chicago. Wie nu nog durft beweren dat de blues geen toekomst heeft, is meer dan een zwartkijker, een hypocriet of loopt met ferme muzikale ooglappen rond op deze wereldbol.

rw3b0310

Jamiah groeide op in een huis dat bol stond van bluesmuziek. Zijn vader Tony, tevens manager en bassist, is zelf een gerespecteerd bluesgitarist in Chicago. Telkens Tony met zijn band repeteerde in de kelder zat kleine Jamiah te luisterde op de trap. Al snel mocht hij enkele nummers mee-jammen op drums. Jamiah was pas zeven jaar toen hij de drumsticks hanteerde op pa’s album ‘In The Pocket’. Hij werd dan ook vrij snel opgemerkt in het blues milieu en genomineerd voor ‘the most talented kid under the age of 12 for the Chicago Music Awards’, een award die hij liefst drie keer op rij in de wacht sleepte.

rw3b0340

Op zijn 16de  stichtte hij dan het trio Jamiah On Fire and The Red Machine. Jamiah is het trio ontgroeid en is echt een podiumbeest. The little kid is no more. Neen, hier staat een volwassen artiest op het podium. Jamiah is een existent blues superman. Zijn performen was hier eigenlijk een lang uitgerekte jamsessie. Op speelse wijze klonken ‘The Sky Is Crying’, ‘Hey Joe’, ‘Further On Up The Road’, ‘Along The Watchtower’ en andere ‘Miss You’, met flarden baslijntechnieken van ‘Another One Bites The Dust’ door de woofer. Uiteraard was er ook eigen werk met ‘The Boy Next Door’. Als apotheose spijkert Jamaih ‘Mannish Boy’ en ‘Hoochie Cooche Man’ op Hendrixiaanse wijze doorheen het blues dorp.



Zondag 19 augustus 2019… Italië heeft met Dany Franchi eindelijk terug een bluestopper die aan een internationale loopbaan timmert. De 29 jarige in Genua geboren gitarist begon na afronding van zijn muzikale studies in 2008 professioneel muziek te maken. In 2011 won hij in Italië de Blues for Youth Award en kort daarna verscheen zijn debuut ‘Free Feeling’. Een eerste keer internationale aandacht kreeg hij in januari 2016 toen hij als vertegenwoordiger van Italië de halve finale haalde op de International Blues Challenge te Memphis.

RW3B0062

Dany besefte dat als hij als muzikant progressie wilde maken, dat hij vaak in Amerika moest optreden. Hij werkte hard om naam te maken in de VS en alles kwam in een stroomversnelling toen hij Anson Funderbergh ontmoette en Anson zijn 3de album ‘Problem Child’ produceerde. Dit vorig jaar verschenen album zorgde voor de Europese doorbraak. In maart 2019 deed Dany zijn eerste uitgebreide Europese clubtoer en deze zomer zet hij zijn opmars verder in het festivalcircuit. Daar mag een halte op Swing Wespelaar zeker niet ontbreken. Dani Franchi is als gitarist/producer een boeiende figuur op het podium. Met zijn begeleidingsband (drums/bas/keys) zet hij een volwassen sound neer. Dit is een gitaarband in de eerste plaats. Veel solowerk dus, met een mooie opbouw in de songs én solo’s. Soms komt een jonge Bonamassa om de hoek kijken. Inventief gitaarwerk, melodieus en verhalend, dat belooft een grote toekomst voor deze Italiaanse bluesrocker.


Ook Breezy Rodio maakt zijn Belgische debuut in Wespelaar. Deze in Rome geboren Italiaan heeft al bijna 20 jaar Chicago als uitvalsbasis. Toen hij in de Windy City arriveerde, ontmoette hij Guy King en Guy introduceerde hem in het bluescircuit. Hij werd opgemerkt door Linsey Alexander en deze nam hem in loondienst als bandleider. Hun samenwerking zou 8 jaar duren. In 2011 maakte Breezy zijn eerste soloalbum. Zijn derde album ‘Sometimes The Blues Got Me’ verscheen vorig jaar bij Delmark Records en bracht hem internationale bekendheid.

RW3B0216

Ondanks zijn woonplaats in Chicago laat Breezy zich meer inspireren door de sound van B.B. King, T-Bone Walker en Albert Collins. Met zijn prachtig telecastergeluid zal hij zeker de gevoelige snaar weten te raken. Chicago blues is wellicht de rode draad tijdens dit concert, maar het gitaarwerk van Breezy Rodio is zo uiteenlopend dat we niet echt van 1 stijl mogen spreken. De man is in zowat alle bluesstijlen thuis en etaleert dat ook op zijn eigen fysieke speelmanier. Zoals we vandaag al enkele keren merkten is blues niet altijd aan een supermooie of krachtige stem gelinkt in deze tijd. Gitaarwerk daarentegen is volop in. Ook nu horen we prachtige songs die er op zich allemaal staan, maar een groeiende flow in een optreden voelen we niet echt. Met Dani Franchi en Jamiah Rogers als gastgitaristen op het podium kan de show even niet stuk, maar toch missen we soms charisma en begeestering op het podium. Alsof we heel goede sessiemuzikanten aan het werk zien. Wat op zich muzikaaltechnisch helemaal niet hoeft te vervelen natuurlijk.


Wij sluiten onze 32ste editie af met de klassieke Chicagoblues waarvan iedereen houdt. De meest bekende legende van deze Chicagoblues is ongetwijfeld Muddy Waters. De 65 jarige Mud Morganfield is de oudste zoon van Muddy en heeft als missie de muzikale erfenis van zijn vader verder te zetten. Als zevenjarig jongetje kreeg hij van zijn vader een drumstel en later schakelde hij over naar basgitaar. Het was pas op zijn 54ste dat Mud zijn job als trucker omruilde voor een bestaan als professioneel muzikant.

RW3B0382

Deze overstap heeft hem geen windeieren gelegd en bracht hem faam over de ganse wereld. Zijn vierde album ‘They Call Me Mud’ verscheen vorig jaar en laat zijn soulvolle kant zien. Authentieker dan met deze charismatische frontman kan de blues niet geserveerd worden. Het was even wachten, maar met Mud Morganfield krijgen wij als afsluiter ‘The Blues’ voorgeschoteld. In al zijn glorie, met swingende band en een frontman die komt tonen hoe men blues beleeft. Het is drummen vooraan het podium, het publiek heeft honger. En die wordt gestild. Mud Morganfield heeft de looks, de waardigheid, de inleving en het charisma van de dag. En ook de muziek. Je wordt er zowaar stil van. Ook wanneer hij zijn instrument (de bas) ter hand neemt en samen met de contrabas de accenten in de muziek legt. Hoe funky kan echte blues soms zijn ! Het zit in de genen en in de stad, Chicago blijft de roots van de muziek bewaren en verspreiden.



Vrijdag 17 augustus 2018…  Het werd moeilijk om ons weg te rukken rond het podium  want Melodie Angel bleek een meer waardige vervangster te zijn voor Jimmy Johnson. Deze 28-jarige schoonheid leerde we kennen in Chicago tijdens het Blues Fest. 2016. Melody Angel woont al heel haar leven in Chicago’s South Side. Ze werd geboren nabij 86th en Cottage Grove en groeide op in een hip-hop wereld met een grote affiniteit voor blues en rootsmuziek.

img_0108

Melodie komt uit een muzikale familie en leerde als autodidact gitaar spelen en songs schrijven. Rosa’s Lounge bluesclub werd haar thuishaven. Ze is zelfs ver familie van de legendarische Otis Rush (Otis is de vader van haar moeders neef). De langspeler ‘This Is America’ is een volgende stap in een nog prille carrièremove voor Melodie.  Met een haast atletisch vermogen raast ze door haar setlist. Ze is een waanzinnig getalenteerde en gepassioneerde zangeres en haar gitaarstijl doet vermoeden dat ze zwaar van is van Jimi Hendrix en Chuck Berry. Haar set zat boordevol energie met nummers als ‘The Trouble Was Money’ en ‘Double Trouble’ ( een cover van Otis Rush). Melody haalt duidelijk haar inspiratie uit haar omgeving én haar muzikaliteit draagt een krachtige boodschap met zich mee. In de backing staat mama gezellig mee te swingen én draagt bij tot enige backingvocals en speelt wat cymbalen. Als een moederkloek waakt ze over haar dochter en Melody bewierookt dat ook met het nummer ‘Mama Said’. Een song over haar opvoeding die ze thuis meekreeg. ‘Go Baby, go,go,go…go rock & roll…’. Wel, dat noemen wij pas education…!

IMG_0074

Angel lijkt wat overruled door het enthousiasme van een volgelopen Wespelaar en een uitgesponnen ‘In The Fire’ werd alweer ingekleurd met heavy gitaarriffs. Met de onvermijdelijk Jimi Hendrix’ uitsmijter ‘Hey Joe’ voldeed ze aan haar muzikale hype….Chicagoan Melody Angel is een getalenteerde dame die keihard werkt om het maken in deze blues business én die hier net een geweldige set heeft genageld.


Zaterdag 18 augustus 2018… Werd er met Matthew Skoller een eerste Internationale artiest op het podium getoverd. Hij is een van de meeste innovatieve Chicago Blues harmonica virtuozen. En dat koppelt hij fijntjes met zijn innemend stemtimbre. Singer-songwriter, mondharmonica virtuoos, bandleider en producer Matthew Skoller verliet in 1987 zijn geboorteplaats New York voor de blues-doordrenkte geschiedenis van Chicago.

img_0139

Larry dook onlangs ook de studio in met Deitra Farr en het project Chicago Wind. In al die jaren heeft hij dan ook zijn eigen Chicago blues harpstijl ontwikkeld die diep is geconstrueerd in de Delta Blues. Matt had hij voor de gelegenheid Chicagoan blues gitarist Tom Holland meegebracht. En dat bleek al snel een heel goede zet te zijn. Skoller heeft met ‘These Kind Of Blues’ een nieuw album te promootten. Met nummers als ‘Big Box Store’ en ‘The Devil Ain’t No Music’, uit een samenwerkingsproject met Lurrie Bell, en de low down blues song ‘Get Down To The Nitty Gritty’  kregen we meteen ‘the real deal Chicago blues’. Skoller maakt ook graag een politiek statement over de immigratie in zijn land en steekt de draad met Donald Trumph in de titeltrack van zijn nieuwe release ‘These Kind Of Blues’. Matthew Skoller’s performen was op Swing Wespelaar dan ook een exempel hoe blues harp eigenlijk moet klinken in een degelijke Chicago setting.


Guy King werd geboren en getogen in de stad Misgav Dov in Israël. Hij kwam voor het eerst naar Amerika op zijn 16de toen hij lid was van de vocale band The Caravan. Het gezelschap reisde enkele maanden door The States en dat gaf Guy de gelegenheid om naast het land ook zijn Engelse talenkennis te verrijken en het muzikaal landschap te ontdekken. Na deze uitgebreide tournee ging Guy terug naar zijn geboorteland om vijf jaar later terug naar Amerika te reizen.

img_0284

Hij genoot van de muziek die hem zo hard had geraakte en via Memphis en New Orleans belande hij uiteindelijk in Chicago. In de Windy City kwam hij al snel in contact met Willie Kent en werd bandleider voor Willie’s band The Giants. Na het plotse overlijden in 2006 van blues legende Willie Kent werkt Guy gestaagd en met succes aan zijn solocarrière. In 2009 verschijnt zijn eerste soloalbum ‘Livin’ It’, dat meteen werd bedolven onder heel wat positieve superlatieven. Nu maakte Guy King met de release ‘Truth’ zijn debuut voor het Chicago gerenommeerde blues en jazzlabel Delmark Records. Voor dit exclusief concert heeft Guy King zijn Chicago gebaseerde Franse backingband Soul Shot ingehuurd met bassist Antoine Escalier, drummer Fabrice Bessouat en keyboardvirtuoos Cédric Le Goff, inclusief de Italiaanse blazerssectie met Luca Di Giammarco (saxofoon) en trompettist Alessandro Di Bonaventura. Guy King opende zijn concert in stijl met het Chicago gitaarriffs overgoten ‘Think’ en ‘Bad Case Of Love’ een nummer van B.B. King. De Memphis souldeuntjes in het lekker funky spijkerende ‘See Saw’, origineel van Steve Cropper waren een ode aan Aretha Franklin.

img_0341

Bij ‘Alone In The City’ -uit zijn debuutalbum ‘Livin’ It’- verontschuldig Guy zich omdat hij een zoveelste fijn uitgesponnen gitaarsolo uit zijn snaren puurt. Meteen bekruipen ons ook de eerste goosebumps en die zullen ons pas verlaten zijn slotsong ‘I Want To Ta-Ta You, Baby’, origineel van Johnny ‘Guitar’ Watson. Haast naadloos implementeerde hij dit alles met het titelnummer ‘Truth’, uit zijn recentste album en ‘My Happiness’. King plukt in zijn gekende stijl nog enkele Chicago blues duivelskunstenarijen uit zijn gitaar.  Na het funky ‘Get Out I Can Get It’ omsluierd Guy King ons met de ballade ‘If The Washing Don’t Get You’… Guy King zorgde voor een onvervalste avond Chicago blues. En dat kruide hij met een amalgama van gedrenkte blues nummers die met diepe soul en swingende R&B arrangementen waren geïnterpoleerd. Hij is superster in de ultra competitieve Chicago blues, jazz en soulwereld.


Op Zondag 20 augustus 2018 was je geen betere opener bedenken dan Hat Fitz & Cara. Megapodia zal dit duo misschien niet ten deel vallen, maar ze komen dan ook best tot hun recht op de iets kleinere festivals of in gezellige clubs. Want dat is hun kenmerk. Gezelligheid, sfeer en meestal voortkabbelende songs, soms in een ruwe bolster, soms gevoelig en hartverwarmend.

IMG_0009

Een mooie combinatie, met old school blues gitaarwerk van gedegen gitarist Hat Fitz, onder begeleiding van gedreven drumster Cara. Welbespraakt als zij is, brengt zij het publiek in de juiste mood voor hun set. Zij is een fijne muzikante met swingend drum- en percussiewerk, niet vermoeiend maar toch steeds weer boeiend en afwisselend. Als zangeres kan zij luisteraars heel goed boeien. Geen zware uithalen of krachtige kreten, maar mooie zanglijnen die de songs veel meer inhoud geven dan een eenvoudige rechttoe/rechtaan bluessong. Hat Fitz is een fijne gitarist/zanger, die zich misschien wat meer op de achtergrond houdt, maar dit duo voelt zich goed in zijn rollenspel, en de saus pakt, zoals men zegt. Met veel belangstelling, appreciatie en applaus geniet het publiek met volle teugen van zowel nieuwe als oude songs. Missie geslaagd, de derde festivaldag is met glans op gang getrokken, de sfeer is gezet, en we hebben echt genoten van dit optreden. Een aanrader om mee te maken, deze miniband verdient een pluim. Gaan kijken als je kan !


Andy J Forest Swamp Crawlers, da’s uit ander hout gesneden dan de vorige bands. Hier staat een frontman, een entertainer, iemand met een fijne humor en veel zelfrelativering ook. Wie van mondharmonica houdt komt hier aan zijn trekken. Dit is echter geen oeverloos gesoleer van 1 instrument, hier staat een technisch sterke band met héél goede nummers die je onderdompelen in een sfeer die typisch is aan New Orleans.

IMG_0081

Bijwijlen dansend in de straat, bijwijlen dreigend en duister als voodoo, bijwijlen heel verfrissend technisch gitaarwerk. Zonder echt dramatisch te worden. Deze set is uitgebalanceerd en staat als een huis. Andy J Forest wist ook Philip Morre, Zottegem en de Banana Peel in het zonnetje te zetten, na een passage aldaar van toch al een twintigtal jaren geleden, volgens zijn zeggen. Iemand die zijn wereld kent dus. De combinatie van aanwezigheid op het podium, direct contact met het publiek en een uitermate boeiende set maakt van dit optreden een eerste topper van de dag. Heel erg gesmaakt. Dit is een uitstalraam van de sfeer van New Orleans. Inclusief washboard, slidegitaar en zeker boeiend mondharmonica-spel. Bovendien klinkt dit alles niet gedateerd en is deze band misschien wel op àlle podia thuis.Niet te missen als je de kans krijgt, en erg sympa.


Swing Wespelaar afsluiten in grote stijl, dat was de taak van Sugaray Rayford. Hij is momenteel in Amerika zowat de nummer één in zijn vakgebied. Gedreven performer, talent met bakken, dirigent van zijn band. Energie en stielkennis. Mét een begeleidingsband waar iedereen moet van dromen : zowat de beste drummer die ik ooit zag, de topbassist van New York, keys die nog met Deep Purple speelden, en de blazers van het orkest van Amy Winehouse. Gitarist ? Onmenselijk sterk. Een band als deze kan maar op 1 manier inzetten : funk met een staalkaart van wat ze elk in huis hebben. Weggeblazen, zo voelen we ons. Wordt dit een heuse Prince-party ? Toch niet, dit gaat over blues en soul. In een modern kleedje.

IMG_0400

Muzikanten in het publiek verwonderen zich over de topklasse, bluesliefhebbers genieten van de blues. Nummers worden lang uitgesponnen en de muzikanten krijgen veel speelruimte. Misschien is er van alles net iets te veel. Soms is er wat gemis aan samenhang, en ondanks de energie van Sugaray Rayford geraakt de massa niet in extase. Guitar Slim Jr. krijgt onverwachts een gastrol, en Diunna Greenleaf, op dat ogenblik luisteraar in het publiek, komt ook een toegift zingen. Dat is natuurlijk een leuke jam-party op het podium, maar het breekt de dynamiek van het concert toch ietwat. Nu ben ik misschien ietwat te kritisch, maar dit is wat ik ook hoorde in de wandelgangen tussen het publiek. Niet dat dit een minder goed optreden was, verre van, maar een strakke orchestratie was wat zoek geraakt en met zo’n intelligente massa muzikanten én muziek was de balans een beetje zoek geraakt. Maar op dit uur en na een alweer uiterst geslaagd Swing Wespelaar kunnen we alleen maar heel erg tevreden zijn. Bedankt voor de schitterende organisatie en hoed af, dit festival is waarachtig nog steeds gratis toegankelijk. Cheers en tot volgend jaar !



Vrijdag 18 augustus 2017… ! De 74-jarige Jimmy Burns werd geboren in het hart van de Mississippi Delta op de Hilliard katoen plantage in Dublin. Daar leerde hij spelen op een one-string en 12-snaren gitaar. Hij was de jongste van een kroost met liefste elf kinderen. Als jonge knaap zong hij in het plaatselijk kerkkoor. Maar Jimmy absorbeerde de blues muziek die op straat werd gespeelt. Op zijn twaalfde verhuisde hij samen met het gezin naar Chicago. Vier jaar later belande hij op de North Side en zong in enkele gospel bands. In de late jaren ‘60 vormde hij dan zijn eigen band, Jimmy Burns and The Gas Company. Gedurende enkele decennia bleef hij actief in het plaatselijke clubcircuit.

img_0055

Tot hij in het midden van de jaren ‘90 op regelmatige basis begon te spelen in de befaamde blues club Smoke Daddy. Daar werd hij ontdekt door Delmark labelbaas Bob Koester. Zijn debuutalbum ‘Leaving Here Walking’ was meteen een schot in de roos en was goed voor enkele Awards. Jimmy Burns promoot sinds vorig jaar zijn vijfde studio album ‘It Ain’t Right’. Voor zijn Europese luik doet hij al een tijdje beroep op drummer Fabrice Bessouat, Xavier Pillac (gitaar) en bassist Antoine Escalier. Een goed geluimde Burns kwam al snel op de proppen met het swingende ‘Leavin’ Here Walking’. Jimmy wil meteen enkele schoonheden op de eerste rijen jatmouzen en schudt dan maar gezwind enkele knappe Chicago blues shuffles uit zijn snaren. Pillac had blijkbaar wat problemen met zijn versterker maar Burns liet het niet meteen aan zijn hart komen. Shit happens en hij speelde dan maar zijn vest uit. De soulvolle Chicago R&B poëem ‘Miss Annie Lou’, uit zijn album ‘Leaving Here Walking’ was een volgend moment suprême. Net zoals het nummer ‘Can’t Hold Out Much Longer’, waarin Jimmy veel ruimte liet voor een excellent sollerende Xavier Pillac. Tijdens ‘My Heart Ain’t Heavy’ waren Chris Cain en Luca Giordano opmerkelijke gasten in de frontstage. Niet alleen dit duo was getuige van een schitterende Jimmy Burns. In het slotakkoord van ‘Feels Like Rain’, origineel van Buddy Guy, komt Burns schreiende jeugd zelfs in het daglicht. En als hij ‘Stand By Me’ aanzet weten we uit ervaring dat het inmiddels tijd is om afscheid te nemen.


Afsluiter op vrijdag was New York blues guy Popa Chubby. En daar zijn we van dag een eigenlijk al diehard fan van. Enkele jaren geleden botste ik letterlijk en figuurlijk op Ted ‘Popa Chubby’ Horowitz op een hoek in ‘down town’ New York City. Popa ging net een Franse bakkerij binnen maar maakte voor ons gelukkig wat tijd vrij. Sindsdien onderhouden wij regelmatig contact.

img_0115

De multi-getatoeëerde Popa Chubby is een imposante figuur met een charisma zoals wij nog zelden zien in het blues rock wereldje. Twee jaar geleden had ik interview-gewijs een uitgebreide babbel met Popa. Op mijn laatste vraagstelling wat zijn plannen waren voor de toekomst, antwoorde hij laconiek…..’Well, watch out Popa Chubby is a catfish!’. Wist ik toen veel dat hij mij de titel van zijn laatste album ‘The Catfish’ had toevertrouwd. Hij werd geboren als zoon van een snoepwinkel eigenaar in The Bronx en op zijn dertiende begon hij met drummen. Maar niet veel later ontdekte hij de sound van The Rolling Stones. Dit was klaarblijkelijk de inspiratiebron om ook gitaar te leren spelen. Ted werd dus vooral geïnspireerd door artiesten uit de jaren ’60, Hendrix en de Engelse bluesboom. Tijd dus voor wat postmoderne New City blues op Swing Wespelaar! En Chubby opende vrijwel meteen in stijl met een zwaarbeladen instrumentale. Al vrij snel kreeg hij vaart in zijn set met een uitgesponnen Hendrixianse versie van ‘Hey Joe’, origineel van The Leaves. Complexloze akkoorden zoals in het lekker funky spijkerende ‘Stoop Down Baby’, ‘I Don’t Want Nobody’ en ‘The Catfish’ brachten ons meermaals in verroering. Bij Robert Johnson leende hij het snoeihard gespeelde ‘C’Mon In My Kitchen’, en voor de recente aanslagen haalde hij ‘Blues For Charlie’ vanonder het stof. Je weet wel, een nummer over de terroristische aanslag op het hoofdkantoor van het satirische weekblad Charlie Hebdo, in zijn geliefde stad Parijs. Met een nieuwe snaar op zijn afgeblakerde Fender gitaar was ‘Rock Me Baby’ een knaller van een blues rocksong. En ging het haast naadloos over naar ‘Sympathy For The Devil’ en de melodische instrumentale ‘Somewhere Over The Rainbow’. See you soon Popa…! And please check out Popa Chubby’s website.


Op zaterdag 19 augustus 2017 was vooral weggelegd voor de Californische gitarist/zanger Chris Cain. Cain is een uitmuntend bluesgitarist en daarbij had hij ook nog eens de band van gitarist Luca Giordano bij. Chris’ stem lijkt wat op die van BB King met even veel power. In zijn gitaarspel hoor je echo’s van BB King en Albert King.

img_0110

Met ‘Sweet Sixteen’ speelde hij dan ook een eerbetoon voor BB en dat deed hij even later voor Albert Collins met ‘Crosscut Saw’. Het geluid was voor het eerst die dag in balans en er werd dynamisch gespeeld. Ook het funky en jazzy ‘Helping Hand’ onthouden we. De afsluiter, Chris Cain alleen achter de piano met een Ray Charles-achtige trage song, miste dan weer volledig zijn doel. Het was meer iets voor een indoor-optreden.


Een man die onze nieuwsgierigheid jaren geleden al wekte en nog nooit de kans kregen om hem live aan het werk te zien, was Earl Thomas. Maar hij loste de verwachtingen nauwelijks in. Hij had een geweldige band, dat was het probleem niet. Al was het voor de vierde keer die dag een band waarvan de bezetting uit drums, bas, gitaar en Hammond bestond.

img_0398

Hoe anders was het geweest met een blazerssectie en achtergrondzangeressen!? Earl is een sterke soulzanger met een rauw randje en daar houden we van, maar aan zijn repertoire ontbreekt iets. Het is allemaal rockende soul of zeg maar rocksoul een beetje in de stijl van Ellis Hooks. Maar echt catchy songs zijn er niet bij. We herkennen een zeer korte, vlakke versie van Ike and Tina Turners ‘The Game Of Love’ en een matige versie van Etta James’ ‘I’d Rather Go Blind’. Het werd pas echt interessant bij ‘SoulShine’, waar hij een kleine publiek participatie klaar kreeg. Bissen deed hij met het Stones-achtige ‘Had Me A Real Good Time’.


Dan was het tijd voor de headliner van de dag, de Bernard Allison Group. Bernard is de zoon van blueslegende Luther Allison.

img_0502

Vanaf zijn 18de tourde hij met zijn vader, speelde later met Koko Taylor en raakte bevriend met Johnny Winter en Stevie Ray Vaughan. Tegenwoordig speelt hij de iets meer gesofisticeerde bluesrock. Het instrumentale ‘The Otherside’, de moderne Chicagoblues ‘Bad Love’ en een rockende versie van Ike Turners ‘Rockett 88’ blijven hangen.



Zondag 20 augustus 2017… Het was tijd voor echte blues en dat kregen we van Shawn Holt & The Teardrops. Holt is de zoon van Morris ‘Magic Slim’ Holt, een bekende Chicago bluesman. Na diens overlijden werd Shawn de frontman van de Teardrops.

img_0025

En hij deed zijn vader alle eer aan, want we kregen een onvervalst setje pure Chicagoblues, met hier en daar een Texas shuffle van de bovenste plank. Tijdens het funky Albert Collins-achtige ‘Black Cat Bone’ mochten alle bandleden een solo geven. Als het de beurt is aan de formidabele bassist Chris Jefferson hoorden we bijna niets door de speakers. De dag ervoor hadden we bijna altijd teveel bas en nu moesten we het met het podiumgeluid alleen doen. Doodzonde! Rumbablues kregen we met Howlin’ Wolfs ‘Who’s Been Talkin’’. Met een stevige versie van ‘Wang Dang Doodle’ en zijn hoge ‘Gentle Giant’-aaibaarheidsfactor pakte hij het hele publiek in. Jammer dat hij niet mocht bissen…


Het volgende hoogtepunt diende zich aan. Het was Jj Thames (lees haar verhaal, geschreven door Philip Verhaege in Back To The Roots, nr. 102). Ze is met voorsprong de nieuwe Mississippi blues en souldiva, daar moeten we geen woorden aan verspillen. Jj heeft een soulstrot die kan wedijveren met Aretha Franklin.

img_0124

Haar blues zit vol soul en haar soul zit vol blues en zo hebben we het graag! Jj was zonder twijfel het hoogtepunt van deze editie. Ze gaf een wervelende show met veel eigen werk en een tribute aan John Lee Hooker met ‘Boom, Boom’. Elk nummer was een genot voor de oor en oog. Met een magistrale, echt wel fenomenale versie van ‘I’d Rather Go Blind’ van Etta James, waarmee ze feilloos James’ versie aan het wankelen bracht, sloot ze haar set af! Het publiek schreeuwde om meer en dat kregen ze met een funky versie van de Temptations-klassieker ‘Standing On Shaky Ground’. Mijn dag kon niet meer stuk!


Maar het feestje was nog niet ten einde! Zanger/mondharmonicaspeler Billy Branch met de Giles Robson Band was aan de beurt. Na een drietal nummers gebracht door Giles Robson en zijn band kwam Billy Branch op.

img_0262

Hij speelde als eerbetoon aan zijn ‘friend and teacher’ Jr Wells het nummer ‘Somebody Hoodooed The Hoodoo Man’. Little Waters ‘My Babe” klonk al even fantastisch en James Cotton kwam natuurlijk ook nog even langs. Billy Branch is al 66, maar dat is er niet aan te horen, zijn stem en harmonicaspel zijn nog altijd fantastisch en het werd een show om van te genieten. Als afsluiter stapte de drummer van Shawn Holt achter de drumkit en kwam Giles Robson meeblazen. Een wervelend harmonicaduel ontstond in een prachtig gedreven versie van Sonny Boy Williamsons ‘Help Me’.


De ideale afsluiter na 30 jaar Swing bluesfestival werd gevonden in het Heritage Blues Orchestra. En wel omdat de heren en dame van deze band muziek brengen vanaf het ontstaan van de blues tot de hedendaagse versie ervan.

img_0345

Zo kregen we van Junior Mack (gitaar/zang), Bill Sims (gitaar/piano/zang) en zangeres Elisabeth muziek van onder andere Leadbelly (‘Leaving On The Morning Train’), enkele oude fieldsongs zoals ‘Clarksdale Moan’ en kinder-lullabies zoals ‘C-Line Woman’. Ze namen ons terug in de tijd met ‘Sliding Delta’ uit 1928 en een prachtige versie van Memphis Minnie & Kansas Joe’s ‘Joliet Bound’. De formidabele harmonicaspeler Vincent Bucher maakte even plaats voor Billy Branch die nog even kwam meeblazen op ‘I Done Got Over It’. Na ‘Big-Legged woman’, volgde de snelle, knallende gospel ‘In The Morning’.

img_0473

Daarmee was een schitterend optreden en een prachtig festival alweer afgelopen. Gelukkig mochten ze nog even terugkomen van de organisatie en het publiek om een prachtige ingetogen jazzy versie van ‘When I Lay My Burden Down’ te spelen. Een erg mooie afsluiter van een schitterend driedaags bluesfestival!


Vrijdag 19 augustus 2016… Eigenlijk was het al veel te lang geleden dat ik Mike Sanchez nog eens live aan het werk zag. Hij speelde toen samen met zijn toenmalige band The Big Town Playboys regelmatig in onze contreien. De meervoudig bekroonde Britse zanger/pianist is nog steeds een van de meest opwindende en charismatische performers in de Europese Rhythm & Blues en rock-‘n-roll scene. Zijn sixties imago is gelukkig overeind gebleven, net zoals zijn hectische en krachtige pianotunes.

img_0177

Het duurde dan ook niet lang voor de keet hier in brand stond. Al was het misschien wel medisch niet verantwoord dat Mike op een podium stond. Maar zoals al zo vaak gezegd en geschreven. “Rock and roll will never die…”. Dus kwijten Mike Sanchez en band zich dus meer dan voortreffelijk van hun taak. Wat ons vooral bijblijft is het swingende ‘Shirley’, de dansende compositie ‘Boom Boom’ van John Lee Hooker, dat evenwel naadloos overging in Slim Harpos ‘Shake Your Hips’, ‘Hey Bo Diddley’ en het sax gebloosde ‘Tequila Song’ van The Champs. Uit zijn Big Time Playboys periode was er ‘Hungry Man’, ‘I Want To Walk You Home’ van Antoine ‘Fats’ Domino en het afsluitende ‘Tallahasee Lassie’ van Freddy Cannon. Organisator Filip Le Roy en zijn team keken alvast geamuseerd toe vanachter de coulissen.


Mike Wheeler Band is de eerste ‘headliner’ van het driedaagse bluesfestival. Mike is een van de hardst werkende bluesartiesten in Chicago. Na zijn titelloos debuutalbum volgde er de succesvolle release ‘Self Made Man’. Nu promoot Mike zijn recentste cd ‘Turn It Up,’ dat alweer is verschenen op het gerenommeerde Chicago label Delmark Records. Samen met Brian James (keyboards), Larry Williams (bas) en gelegenheid drummer Big Lou enthousiasmeerden ze al even snel Swing Wespelaar.

img_0271

Mike’s soulvolle stem relateert mateloos met zijn zeer intense en emotionele bluesy gitaarriffs. De gevarieerde tracks waren ook hier diep verankerd in de traditionele Chicago Blues. In zijn onmiskenbare stijl komt Mike ons meteen verheugen met zijn innemende gitaarriffs in de titeltrack van zijn nieuwste plaat ‘Turn It Up’. Het funky ‘Yeah!’ heeft die swingende keyboardarrangementen en is geënthousiasmeerd met Mike’s considerabele gitaargrooves en Larry Williams indrukwekkende baslijnen. De ritmische branie van het heavy ‘Brand New Cadillac’ neemt een loopje met de bluesrock schikkingen en zorgt net zoals de knappe shuffle van ‘Get Your Mind Right’ -uit het album ‘Self Made Man’- voor opwindende climaxen. In het opwindende  ‘Big Mistake’ etaleert Mike nog eens zijn verbluffende gitaartechniek. De funky leaders zijn terug in de aanporrende James Brown tunes ‘I Feel Good’ en ‘Get Up (I Feel Like Being a) Sex Machine’ uit 1970. Met de intro’s van ‘Jessica’ (The Allman Brothers) en ‘Twist & Shout’ was het helaas tijd om afscheid te nemen. Maar niet zonder een bisronde uiteraard. Hier volgde het extraordinaire ‘Whole Lotta Love’ van Led Zeppelin, Deep Purple’s ‘Smoke On The Water’, John Lee Hookers ‘Hoochie Coochie Man’ en Robert Johnsons ‘Sweet Home Chicago’. Mike Wheeler en band schreven geschiedenis op Swing Wespelaar. En wij waanden ons voor even in de Kingston Mines in Chicago!



Zaterdag 20 augustus 2016… Chris Bergson is hij al jaren een gevestigde waarde in de New York blues en jazzscene. Sinds vorig jaar toert Chris onafgebroken om zijn nieuwe plaat ‘Live at Jazz Standard’ te promoten. Het album prijkte vorig jaar op nummer drie in Mojo’s Blues Albums of The Year. Het nummer ‘The Only One’, met vocalist Ellis Hooks, kreeg zelfs een eervolle vermelding in het blues jaaroverzicht van Paul Jones op de BBC.

IMG_0320

Chris Bergson is inmiddels ook ingewijd in de New York Blues Hall of Fame. Bergson is een uitstekend gitarist met een zuidelijk accent. De single ‘The Only One’ mocht hier alvast de gelederen openen. Voor zijn Europese concerten wordt Chris bijgestaan door de Franse musici Pat Machenaud (drums), bassist Philippe Dandrimont en Philippe Billoin op toetsen. De interacties zijn dan ook navenant. Een wenk of knipoog van Bergson is vaak voldoende on een volgende song in te zetten. Hij bezorgde ons ook een ongekende hoeveel kippenvel met nummers als ‘The Only One’, het Delta blues geïnspireerde ‘Heavenly Grass’ en de bluesrocker ‘Greyhound Station’. Als afsluiter deed Chris ons nog even watertanden met ‘Rain Beatin’ Down’.


Hoogtijd om het enige vrouwelijk gezelschap die op zaterdag was geprogrammeerd aan een losgeslagen meute voor te stellen. Niki Hill, een jonge bluesdiva uit North Carolina. Met haar bezwerende rootsrock en rock-‘n-roll sound bezorgt ze je als het ware een fikse whiplash.

_MG_0470

Hill en band toeren haast onafgebroken de wereld rond, en promoten sinds vorig jaar het schitterende album ‘Heavy Hearts Hard Fists’. Hills stem is zoet, met net dat vleugje en haveloze schurend en roestige timbre. En die klankkleur vind uiteraard leuke interacties met Matt’s -vaak Eddie Cochrans- geëlektriseerde gitaarlicks. De show is een mixture van soul gedrenkte nummers zoals ‘Her Destination’ en SUN Studio gearomatiseerde rock-‘n-roll. Of wat dacht je Chuck Berry’s cover ‘Sweet Little Rock And Roll’, ‘Let Me Tell You Bout’ en het Chicago gekruide ‘Trouble’. Uit het debuutalbum serveerde ze mateloos het geweldige nummer ‘Love Got A Man’. Schitterend!


Net voor het concert van Chicagoan Toronzo Cannon werden we getrakteerd op een fikse regenbui. Maar dat kon de pret hier in Wespelaar niet meer deren. Toronzo Cannon groeide op in de schaduw van de Chicago Bluesmekka. Theresa’s Lounge had hierdoor een blijvend effect op Toronzo. Als kind absorbeerde hij de rauwe en soulvolle klanken van legendes zoals Junior Wells, Buddy Guy en Muddy Waters.

IMG_0631

Al deze educatieve gebeurtenissen leidde naar zijn eerste vingerzettingen op gitaar. Sterk geïnspireerd door de drie Kings (Albert, B.B. en Freddie), Jimi Hendrix en de ‘70 R&B en soultunes, creëerde Toronzo al snel een eigen sound. In die periode ontwikkelde hij naast zijn powervolle en gospelgetinte vocale stijl ook een uitermate opwindende podiumprésence. Na het album ‘My Woman’ uit 2007, was en vier jaar later ‘Leaving Mood’ en ‘John The Conquer Root’ uit 2013 op het genormeerde Chicago blues en jazz label Delmark Records. Dit jaar kreeg Toronzo de kans op het major blueslabel Alligator Records het album ‘The Chicago Way’ te registreren. We kregen hier dan ook een uitgebreide bloemlezing uit deze laatste release. Het funky ‘Midlife Crisis’ en het Chicago geëlektrificeerd ‘Mrs From Mississippi’ werd ingevolgd door  het nummer ‘Trying To Live My Live’ van Otis Clay’ en het soul geïncludeerde ‘Fine Seasoned Woman’. Toronzo Cannon pakte alweer moeiteloos een festival in.



Ondanks het regenweer genoot een volgepakte plein van een uitmuntende zaterdageditie, die bol stond van pluriformiteit en uitschieters. Op Zondag 21 augustus 2016 had de Noorse Vikings Eric “Slim” Zahl & The South West Swingers de moeilijke taak om Meena op te volgen. Vocalist en gitarist Eric Zahl, Øystein ‘Boogieman’ Undem (Piano), Roald Brekke (bas) en drummer Atle Helland Strᴓm komen uit Stavanger.

img_0790

Begin dit jaar wonnen ze op persuaderende wijze de 6de  European Blues Challenge op 08 en 09 april in het Italiaanse Torrita di Siena. De band heeft de leverantie om de sound van de jaren ’50 in alle eer voort te zetten. Uit het debuutalbum ‘Daddy ‘O’ uit 2011 was vooral de titeltrack een opwindende compositie. Drie jaar geleden werd dan de succesvolle opvolger ‘Chances Are Slim’ boven de doopvond gehouden. Voor nummers als ‘Hold On’ van The Paladins, ‘The Booty Song’ en de prikkelende boogie ‘Blues As Blues Can Get’ gaat niet allen Eric door de knieën. Traditie getrouw maakt Eric met zijn gitaar, ook een loopje rond het festivalterrein. Wij konden het wel smaken.


Om de een of andere reden krijg ik het steeds warm van Meena Cryle’ stemgeluid. Het is een ruwe diamant die gelukkig ongepolijst en ongegeneerd haar eigen ding blijft doen. Deze Oostenrijkse schone toert al enkele jaren met multi-instrumentalist Chris Fillmore, wat de interacties tussen beiden alleen maar spannender en interessanter maakt. Maar de ritmesectie drijft ook op de kracht van Joris Hendrik ( bas ) en drummer Bernhard Egger.

img_0718

Meena opende meteen met het krachtig ‘Don’t Mess With My Man’. De klankkleur en de sfeer waren meteen gezet. Meena gaat prettig gestoord op haar elan verder met het aangename ‘Tina-Nina-Nu’ en het emotionele ‘A Change Is Gonna Come’ van Sam Cooke. In de Texas slowblues ‘Since I Met You Baby’ komt Chris Fillmore een eerste keer in de spotlights met enkele activerende gitaarsolo’s. Chris heeft overduidelijk heel goed naar Stevie Ray Vaughan geluisterd. Hij geeft ook een extra distinctieve kracht aan het ritmische ‘Enough Is Enough’ uit het album ‘Tell Me’, en kleurt het nummer ‘Take This Pressure Off Of Me’ met zijn dobro. Meena weet perfect hoe ze een setlist moet opbouwen. Zo wisselt ze de lekker grooves van ‘Bright Lights’ vlekkeloos af met de gevoelsmatige ballades ‘I Rather Go Blind’ en de bluesrock arrangementen van ‘Tell Me’. Ik ben fan…U toch ook?


Tijd voor heel wat Chicago blues. Na Mike Wheeler op vrijdag en Torono Cannon op zaterdag was de zondag voorbehouden voor Nora Jean Bruso & Luca Giordano Band. Nora Jean werd geboren in 1956 in Greenwood, Leflore County, Mississippi. Ze was de zevende telg uit een kroost van 16 kinderen van een Mississippi ‘sharecroppers’ familie. Net zoals heel wat blues artiesten verhuisde ook Nora in 1976 naar Chicago.

img_0914

In al die jaren schreef ze meer dan 700 songs bij elkaar, en werkte met grootheden als Carl Weathersby en Dave Specter. Nu toerde ze enkele weken door Europa met Luca Giordano Band. En daar vinden we nu al een tijdje Walter Cerasani op bas, Fabrizio Ginoble (keys) en Lorenzo Poliandri op drums. Nora heeft een stem als een klok en Luca behoord reeds enkele decennia tot een van de beste Europese Chicago bluesgitaristen, en dit eigenlijk tot ver buiten ons continent. Eigenlijk was dit optreden een lang uitgerekt ‘goosebumps’ moment. Van bij de aftrap met ‘Going Back to Mississippi’ uit het gelijknamige album tot de Etta James klassieker ‘At Last’, die gospelgevoelige arrangementen kreeg aangemeten, over ‘Gravity’ en de levenswijsheid uit het nummer ‘Stay In The Line’.

img_0812

Swing Wespelaar ging ook aan het dansen bij de funky schikkingen van Michael Jacksons ‘Billy Jean’ waar Nora hip-hop en rappergevoelig ‘Nora Jean’ designeerden, om naadloos af te sluiten met de song ‘Tell Me A Story’. We hebben slechts drie minuten voor een bisnummer, kondigde Luca laconiek aan…en plots liet het opwekkende ’Doin’ The Shout’ ons enigszins verweest achter. Nora Jean Bruso, what a diva… what a bluesmama and what a voices!


Zaterdag 22 augustus 2015…King King frontman Alan Nimmo had voor Swing Wespelaar zijn Schotse kilt nog eens uit de kleerkast gehaald. Een reden te meer om er nog eens flink tegenaan te gaan. King King heeft een nieuw album te promoten, en dat zullen ze in Swing Wespelaar duidelijk geweten hebben.

Swing Wespelaar 2015 189

Nimmo is een vakman die zijn publiek weet te bespelen. Samen met de Nederlandse Hamond orgelwizzard Bob Fridzema, drummer Wayne Proctor en Nimmo’s soulmate Lindsay Coulson op bas speelde Alan zowaar een greatest hits revue. Het publiek, want het was weer eens koppenlopen geblazen in Wespelaar, ging gretig uit de bol op nieuwe nummers als ‘Hurricane’, ‘Rush Hour’ en ‘Take A Look’. De charismatische band King King sloot hun show af met het bloedstollend mooie ‘Stranger To Love’. Meteen ook voor ons het sein om de catering even te testen.


Bij Royal Southern Brotherhood hebben er zich het afgelopen jaar ingrijpende personeelswissels voorgedaan. Mike Zito en Devon Allman stapten het op en Tyrone Vaughan (gitaar en zoon van Jimmie Vaughan) en Bart Walker (gitaar) kwamen in de plaats. Cyril Neville (zang en percussie), Charlie Wooten (bas) en Yonrico Scott (drums), bleven op post. Royal Southern Brotherhood is echter niet verzwakt uit de transfers gekomen. Cyril Neville heeft een prachtstem, hij is een weergaloze percussionist en loopt als een jong veulen van links naar rechts over het podium.

Swing Wespelaar 2015 355

Tyrone Vaughan en Bart Walker zijn grandioze gitaristen en zodoende kreeg het publiek op zaterdag een afsluiter om van te snoepen.. ‘Don’t Look Back’, Sweet Little Angel’, ‘Poor Boy’en het op een New Orleans ritme hobbelende ‘Bayou Baby’. Het kon niet anders of de jongens van Royal Southern Brotherhood werden voor bisnummers teruggeroepen. Het succesnummer ‘Yellow Moon’ van de Neville Brothers werd hier op een licht reggae ritme uitgeprobeerd. Na het optreden gingen nog heel wat vinyl lp, cd’s en dvd’s over de toonbank en die werden alle met veel plezier door de bandleden gesigneerd. Proficiat aan de inrichters, die opnieuw een uitstekend programma in elkaar hebben gebokst. Wij hebben er alvast van genoten.



Zaterdag 16 augustus 2014… De uit Houston, Texas afkomstige Eugene ‘Hideaway’ Bridges’ kwam ons inziens en beetje te vroeg op de dag, want dit werd een eerste hoogtepunt van de namiddag.

i-cMpBPVZ-X2

Eugene ‘Hideaway’ Bridges wisselde begeesterende zang af met rake gitaarstoten. Hij opende met ‘How Long’ en op zijn setlist prijkten nog meerdere sterke songs zoals ‘Real Hero’ waarin Bridges hulde brengt aan de vele mensen die dagelijks naar hun werk trekken om hun gezin te onderhouden en aldus tot echte helden promoveren. We zagen in ieder geval een uitstekende Eugene ‘Hideaway’ Bridges aan het werk.


Bart Walker is afkomstig uit Nashville, Tennessee maar heeft weinig of niets te maken heeft met de Country scène aldaar. Bart Walker vrijt eerder met bluesrock, ja zelfs met een scheutje hardrock.

i-xP2ZRnZ-X2

Hij pakte, samen met zijn Belgische begeleiders de menigte gemakkelijk in met bommen als ‘Austin City Limit Sign’, ‘Waiting On Daylight’ en het van The Allman Brothers Band geleende ‘Whipping Post’. Bart Walker werd, overigens niet geheel onverwacht, tot een bisnummer gedwongen en vervulde de publiekswens met ‘Little Wing’.


Om te besluiten kwam Charlie Musselwhite nog eens de puntjes op de i’s zetten. De topact heeft zeker niet ontgoocheld, wel integendeel. Het was bij momenten heerlijk genieten van het ‘twanging’ gitaarstel van Matthew Stubbs, de ingehouden drumslagen van June Core en het zuivere harmonicaspel van Charlie Musselwhite.

i-qxrJtdc-X2

Charlie Musselwhite had het aanvankelijk op lekker swingende songs begrepen en hij verraste ons met ‘You’ve Ben Gone So Long’ en ‘The Well’. Als we dan toch wel een winnaar van de zaterdag moeten aanduiden, laat het dan Charlie Musselwhite zijn. De inrichters van Swing Wespelaar maakten zaterdag hun slogan ‘Blues For The People’ weer helemaal waar.


Zondag 17 augustus 2014.. Een mix van blues en rock is misschien de beste omschrijving van Black Market III, het soloproject van de uit San Diego afkomstige Scottie Blinn (The Mississipsi Mudsharks).  Dit trio blinkt niet echt uit in originaliteit en virtuositeit, en ook de zang is niet echt een juweeltje te noemen.

swing-wespelaar-2014-dag-3-1

Maar de muziek blijft wel overeind en vormt een samenhangend geheel, rond het dan toch wel to-the-point gitaarwerk van Scottie. Het eerste deel van hun set kwam slechts schoorvoetend op gang, en de muziek bleef zogezegd wat voortkabbelen in zijn eigen nat. Naarmate de set vorderde konden we wel genieten van enkele goedgebrachte covers (Neil Young enz.). Uiteindelijk viel alles nog in goede aarde, al was het het even wennen na de triomfantelijke doortocht van de Boogie Beasts. Black Market III is ondertussen volop bezig aan een Europese tournee en nog her en der mee te maken.


In het rock/bluescircuit is ze zeker en vast geen onbekende meer. De Engelse Joanne Shaw Taylor speelt van kindsaf gitaar en vond haar voorbeelden bij de grote bluesgitaristen. Jimmi Hendrix en Stevie Ray Vayghan zijn soms goed herkenbaar, maar ze heeft haar eigen speelstijl en zeker ook haar eigen heel sterke gitaarnummers.

swing-wespelaar-2014-dag-3-1-3

De hele set draait werkelijk rond haar gitaarwerk, en menigeen geeft bewonderend toe dat het een lust is. Ze is sinds lang de ‘new kid on the block’ van Dave Stewart (Eurythmics), en via dit pad heeft ze zich ook in America een eigen veelbezocht pad geëffend. Joe Bonamassa is een zielsgenoot, om haar werk wat te situeren. Wie niet houdt van lange gitaarsolo’s is er hier aan voor de moeite, maar ze hebben ongelijk.  Bij momenten werd het muisstil op het plein, hier werden niet zomaar toonladders afgedraaid, hier vertelt de gitaar een verhaal. Jimmi Hendrix werd op een eigen maar magistrale manier gecoverd, en songs uit haar upcoming cd beloven heel veel. Vrouwelijke sologitaristen blijven schaars, maar Joanne Shaw Taylor schaart zich onder de beste, en dat mag ze nog jarenlang doen !


We krijgen in Europa niet zo heel veel de kans om de legende Walter ‘Wolfman’ Washington mee te maken, dus was Swing Wespelaar vandaag een must. Weer of geen weer (en tijdens zijn openingsnummers was het werkelijk regenend slecht), dit optreden meemaken van in de eerste rangen móet gewoon.

swing-wespelaar-2014-dag-3-1-4

In de wandelgangen spraken we met zijn saxofonist, die ons niet enkel uitvoerig informeerde over New Orleans, maar die ons tevens kon bevestigen dat de volledige band mee was, en dat W.W.W. er vanavond heel erg zin in had. We verwachten ons aan een mengelmoes van blues en funk, en we weten dat deze band dit op een eigen en grootse manier kan. Walter Wolfman Washington is orkestleider en een hele goede ritmegitarist, terwijl zijn fragmentarische gitaarsolo’s mee de eigenheid en de sound van de nummers maken. Zijn stem is uniek en uiterst herkenbaar, en zijn ritmesectie is topklasse. Aftellen heeft niet lang geduurd, we kregen onmiddellijk waarvoor we gekomen waren, en opwarmen bij deze funky music is een fluitje van een cent. Soms dachten we aan James Brown, maar de klasse van Walter Wolfman Washington is zo uniek en zijn muziek zo veelzijdig dat deze vergelijking niet echt nodig is. Het barslechte regenweer en late zondagsuur na een driedaagse marathon kropen echter hier en daar in de benen, wat de spektakelwaarde van dit laatste concert toch een beetje temperde. Maar wat zijn we blij met deze afsluiter na een geslaagd festival.



Vrijdag 17 augustus 2012… Swing Wespelaar verliep dit jaar in snikhete, zeg maar tropische omstandigheden. De echte bluesliefhebbers lieten zich daardoor niet afschrikken en waren massaal aanwezig. Later op de avond kon je zelfs koppenlopen.
De uitzonderlijk en bijwijlen ongemakkelijke hitte kon ook de artiesten niet deren want elke act kon zonder uitzondering overtuigen.

Na het stomende optreden van The Nimmo Brothers moesten we toch wel eventjes pauzeren bij een lekkere pint, want The Fabulous Thunderbirds kwamen er nog aan.
Voor het optreden van de T-Birds hadden we een babbel met bassist Randy Bermudes om te weten hoe de setlist er ongeveer zou uitzien. We wezen hem op het feit dat The Fabulous Thunderbirds vorig jaar op Springblues in Ecaussinnes behalve ‘My Babe’ geen enkele van hun grote hits hadden gespeeld.

Wespelaar vrijdag 17-08-12 231

‘Nu zitten ze er allemaal wel in’ lachte Bermudes, ‘Maar Kim Wilson durft op het laatste moment de playlist nogal eens grondig doorheen te halen.
Net zoals The Nimmo Brothers staken The Fabulous Thunderbirds een vuurwerk af met klappers als ‘My Babe’, ‘Wrap It Up’, ‘Wait On Time’ en natuurlijk ‘Tuff Enuff’.
Kim Wilson bewees tussenin dat hij nog steeds in de hoogste afdeling van de mondharmonica-spelers thuis hoort. Nieuw en verfrissend was ook de inbreng van de bij mijn weten allereerste T-Bird toetsenman, die luistert naar de naam Kevin Anker. De rest van de bende is nu toch alweer een tijdje bij mekaar, namelijk Mike Keller (gitaar), Johny Moeller (gitaar) en Jay Moeller (drums). En zo werd een punt gezet achter een schitterende vrijdagavond.


Zaterdag 18 augustus 2012… Dani Wilde maakte reeds twee keer de dienst uit bij het triumveraat ‘Girls With Guitars’. Een keer samen metDeborah Coleman en Candye Kane en één keer met Cassie Taylor en Samantha Fish. Ze is een kleine opdonder, die zaterdag helemaal in het rood was gestoken, zij het een beetje kort van stof.

Wespeallr Zaterdag 18-08-2012 073

Dani Wide kan wel vlijmscherp naar voor treden en heeft een stem als een klok. Haar broer Will speelt mondharmonica, dan is er de verrukkelijke Victoria Smith op bas en de drummer is Richard Newman, die ooit nog in loondienst is geweest bij Rory Gallagher. Het kennerspubliek genoot van heel wat fraais zoals ‘Angel Came Down’, en ‘Walk Out The Front Door’ en dit vroeg om een encore. Die kwam er op de tonen van Will die de riff van Sugar Blue op harmonica naspeelde bij hun interpretatie van het Roling Stones nummer ‘Miss You’.


Als intermezzo tussen de verschillende acts door kregen weBlues Provided By Mix & Dorp’. Met andere woorden Jan Mittendorp die de traditie van de Delta bluesmannen vermengde met een beatbox. Best leuk!


En wat dan gezegd van de zaterdagse finale in Wespelaar? Wel, dit was er een om nooit meer te vergeten. We hebben de gelegenheid niet om elke week een gospelconcert bij te wonen en zodoende voelde het optreden van de Blind Boys Of Alabama aan als een verfrissend bad. Van de manier waarop de Heer het ganse optreden door werd geprezen lustte ik wel pap. Jimmy Carter, Eric ‘Ricky’ McKinnie, Joey Williams, Billy Bowers, Ben Moore en Tracy Pierce zorgden voor een onvergetelijke show.

Wespeallr Zaterdag 18-08-2012 283

Ze staken van wal met’People Get Ready’ van Curtis Mayfield, gevolgd door het swingende ‘Spirit In The Sky’ van Norman Greenbaum. De zangstemmen verstrengelden zich daarbij heel mooi in elkaar. En zo gingen we dan van ‘I Know A Place’ via het ongemeen prachtige ‘Take The High Road’ naar het ontketenende ‘Free At Last’. Om van te smullen!
De Blind Boys Of Alabama kregen een zinderende ovatie mee en dat wilde natuurlijk zeggen dat ze moesten terugkomen. Als bisnummers zongen de boys ‘Crying Time’ en ‘Higher Ground’. Ik wil hierbij nog vermelden dat hun jongste cd ‘Take The High Road’ ook al een absolute aanrader is. Na afloop van het concert werd er een druk bijgewoonde signeersessie georganiseerd.



Het gratis bluesfestival Swing Wespelaar was in het weekend van 17 augustus 2013 aan zijn 26ste editie toe. Het lijkt er sterk op dat de publieke belangstelling ieder jaar groter wordt want iets voor zeven uur werd het terrein afgesloten. Het dorpsplein in Wespelaar is nochtans vrij groot, maar op een gegeven moment zat het werkelijk tjokvol. Ook de weermakers waren Swing Wespelaar goed gezind, een steeds breder wordende horizon zorgde voor een zonovergoten festivalterrein.

De bluesliefhebbers kregen een uiterst kwalitatieve affiche voorgeschoteld en de drie jonge snaken van The Blues Vision mochten het startschot geven. We zagen The Blues Vision een paar jaar terug al eens aan het werk aan de Patersdreef in Tielt en ze hadden toen ook al een frisse indruk op ons gemaakt.

Swing Wespelaar 17-08-2013 014

Arne Demets (zang, gitaar) en Hanne Vandekerckhove (bas) waren er toen ook bij, maar dit jaar zat er een nieuwe drummer met name Klaas De Somer achter de kits. Het trio opende met de geweldige rocker ‘When I Got Drunk’ van Mike Henderson & The Bluebloods. De jonge band bevestigde meteen al het goede dat over hen werd geschreven en gezegd. Ze durven ook al eens met hun linkerhand in de bluesgrabbelton graaien en halen er dan een nummer uit zoals ‘Blues Around My Bed’ van de onlangs overleden Roscoe Chenier. De titelsong van hun jongste album ‘Counting Sheep’ en ‘The Drummer Gets All The Girls’ vervolledigden een uitstekende set.


Na The Blues Vision gaapte er een tamelijk groot gat in de programmering omdat de hoovercraft, die The Eddie Martin Band richting Wespelaar moest helpen, aanzienlijke vertraging had opgelopen. De organisatoren hielden, om het programma niet al te zeer in de war te sturen, het been stijf en beslisten dat de set van The Eddie Martin Band tegen 17u30 diende afgerond te zijn.

Swing Wespelaar 17-08-2013 049

Er bleef dan voor The Eddie Martin Band nauwelijks een half uurtje over om de menigte van hun kunnen te overtuigen. Ze brachten uitstekende vertolkingen van ‘Blue To The Bone’, ‘Good Time Blues’ en ‘Let It Slide’. Het publiek bleef om bisnummers vragen, maar er was geen lieveheren aan. We hadden achteraf een babbel met Eddie Martin en het dient gezegd dat hij er zijn goed humeur niet bij verloren had.


Er werd tijd en plaats gemaakt voor Jo Harman, voor ons wel de revelatie van zaterdag. Jo Harman is een frisse verschijning en haar grote wapen is haar uitstekende podiumprésence. Ze werd daarbij geholpen door een sterke band met George Hutchison (gitaar), Carl Hudson (keyboards), Andy Tolman (bas) en Martin Johnson (drums), Rosie and Faye (backing vocals).

Swing Wespelaar 17-08-2013 097
Jo Harman kruidde haar optreden op Swing Wespelaar met uiterst expressief gezongen nummers als ‘Cold Heart’, ‘My Amnesty’ en ‘Underneath The River’. Er waren te weinig zitplaatsen om van een staande ovatie te kunnen gewagen, maar de prestatie van Jo Harman mag in die categorie worden ondergebracht.


Swing Wespelaar moest dit jaar wel enkele tegenslagen verwerken. Naast de problemen met Eddie Martin was er ook het feit dat ‘top of the bill’ Mavis Staples haar Europese tournee noodgedwongen had afgelast. Miss Staples werd vervangen door John Mayall.
En John zag er goed uit. Hij was reeds op voorhand (-en met de glimlach) gesigneerde cd’s aan het verkopen.

Swing Wespelaar 17-08-2013 437

Hij zag het duidelijk zitten. Dit bleek ook uit zijn concert dat een stuk beter meeviel dan gevreesd. De man wordt er dit jaar tachtig, en kon rekenen op een goed geoliede band met Rocky Athas (gitaar), Greg Rzab (bas) en Jay Davenport (drums). ‘Dream About The Blues’, ‘One More Day’ en ‘Congo Square’ waren hier de blikvangers. John Mayall bleek een waardige stand-in te zijn voor Mavis Staples, en we mogen – niettegenstaande de tegenslagen – de zaterdageditie van Swing Wespelaar als uiterst geslaagd klasseren. Een grote verdienste van de organisatoren.


Vrijdag 19 augustus 2011…  De Tilburgse Bradley’s Circus is uit heel ander hout gesneden en hebben dan ook  heel wat meer ervaring. De strelende Mattanja Bradley krijgt nog steeds backing van zanger/gitarist André Van den Boogaert, Lidewij Veenhuis op harp, Toine Stout met upright bass en drummer Beewee Nederkoorn.

Swing Wespelaar 19-08-2011 039

Na de al eerder betoverende release ‘Shotgun Bunny’uit 2008, heeft de band nu een nieuw album ‘Bang Bang Wa Wee’s’, te promoten. Met Mattanja’s hees stemgeluid, Andre’s glinsterende gitaarriffs en Lidewij’s knappe overblows, werd de set perfect afgewisseld door heel wat nieuwe tracks en knappe coverversies zoals ‘Wang Dang Doodle’ en het geweldig rockende ‘My Babe’ van Ron Holden en wereldbekend van The Fabulous Thunderbirds. Net voor het inzetten van ‘Please, Don’t Throw Your Underwear’, plezierde Mattanja haar uitzinnige fans met een gratis cd voor de eerste die zijn onderbroek het podium opkatapulteerde. Het duurde dan ook niet lang voor het eerste projectiel op de bühne belande en belofte maakte uiteraard schuld. Met een gezellige en subtiele mix van Amerikaanse roots muziek, blues en een country getinte sound, kenmerkt Bradley’s Circus zich vanavond als Nederlandse beste Americana band.


The Animals & Friends mochten op festivaldag één de stekker uit het stopcontact halen. Maar niet voor Pete Barton (vocals, bas), John Williamson (gitaar), Mick Aslager (keyboard) en het enig origineel overgebleven bandlid John Steel op drums een propvol kerkplein muzikaal wisten te ontroeren. ‘Special guest’ Spencer Davis moest wegens ernstige gezondheidsperikelen alweer verstekt laten gaan.

Swing Wespelaar 19-08-2011 134

Met ‘Baby Let Me Take You home’ was de toon meteen gezet voor een gezellig avondje jukebox melancholie. Het luid meegekeilde ‘Don’t Let Me Be Misunderstood’, het Vietnam gevoelige ‘We Gotta Get Out Of This Pleace’, ’It’s My Live’ en ‘Don’t Bring Me Down’ zijn uiteraard zeer retrospectieve klassiekers, die perfect werden verweven met ‘Dimples’ en ‘Boom Boom’ van John Lee Hooker, ‘I Put A Spell On you’ origineel van Screamin’Jay Hawkins en ‘I Believe’ van ene Ray Charles. De band nagelde ons toch nog even stevig aan de grond met enkele Spencer Davis passages zoals ‘Somebody Help Me’ en natuurlijk ‘Keep On Running’. Als toegift serveerde The Animals logischerwijs ‘The House Of The Rising Sun’, de festivalsite ontplofte nog een allerlaatste keer voor de fuif kon beginnen. Na heel wat line-up veranderingen blijven de klassiekers makkelijk overeind, al is er allang geen sprake meer van een Britse beat- explosie.

Swing Wespelaar kenmerkte zich opnieuw met een breed spectrum aan bluesklanken, al kenden de optredens dan ook weinig verrassingen. Toch sloeg de ultieme balans meer dan behoorlijk positief over.



Op Zaterdag 21 augustus 2010… was er Ash Grunwald, een Aussie die uit Melbourne komt en de Delta Blues traditie combineert met elektrische blues. In de namiddag liep Ash doodleuk met dochter lief op de arm, over het stilaan volgelopen kerkplein.

Swing Wespelaar 056Met diepe grooves bracht Grunwald een verzameling van origineel werk en uitgekiende coverversies van de meesters die hij zo fel begeert. Zeven albums heeft de man reeds op zijn actief en met zijn stilaan klassiek geworden ’stompbox’ en steel resonator vloeien heel wat songs uit zijn pas verschenen release ‘Hot Mama Vibes’. En de vibes waren overduidelijk hot in Wespelaar. Met ‘John The Revelator’, een a capella mee gekeild nummer, het voetstampend ‘Smokestack Lichting’ (Chester Burnett) of het Aboriginal beïnvloede en handgetrommelde  ‘Oh Rosie’ ontpop Ash Grunwald zich tot een vroeg allereerste hoogtepunt.


Tijd voor misschien wel het grootste talent van de laatste decennia op Engelse bodem, Oli Brown.  Toen pas het groen achter de oren ontgroeid, maar wat een podium presence. In januari 2008 tekende Oli een lucratief contract bij Thomas Ruf en registreerde meteen ‘Open Road’. Een jaar later maakte Brown deel uit van de stilaan legendarische Ruf Records Blues Caravan Tour, wat zijn bekendheid een enorme boost meegaf. ‘Heads I Win Tails You Loose’ liet duidelijk niet lang op zich wachten en net deze release kwam Oli Brown hier voorstellen.

Swing Wespelaar 109

Samen met Simon Dring op de drumvellen en Roger Innes met de 6-strings baslijnen overheerst Oli overduidelijk aan de Wespelaarse kerk. Plots vroeg Oli of wij Muddy Waters nog kenden, met een geheel eigen interpretatie van ‘Hoochie Coochie Man’ die hij voorzag met geweldige gitaarloopjes, bracht hij zijn fans bijna in extase. Brown maakte solerend ook een omegang op het plein en eens terug op de bühne barste de hel daadwerkelijk los. Vooral het zeer funky ‘Open Road‘, ‘Evil Soul, ‘Speechless’ en het popgevoelige ‘Feever’ kregen de mis -blues- dienaars aan het dansen.

Swing Wespelaar 122

Menheer pastoor keek en zag dat het goed was. Natuurlijk volgden ook nog een encore, het verassende ‘Black Betty’ van Ram Jam (maar origineel van Leadbelly) knalde spontaan uit de woofers.


If You Wanna Boogie, Don’t Forget To Boogie. Canned Heat dat werd opgericht in ‘65 door Bob ‘The Bear’ Hite en Alan ‘Blind Owl’ Wilson, staat nog steeds bekend als een van de grootste podiumacts. De naam werd ontleed uit een Tommy Johnson ‘Canned Heat Blues’ song uit 1928. Een nummer over een alcohol verslaafde die verdunde Sterno nuttigde. Sterno was een alcoholproduct in blik, die werd gebruikt voor verwarmingstoestellen.

Swing Wespelaar 199

Adolf ‘Fito’ de la Parra op drums en Larry ‘The Mole’ Taylor op bas zijn de langst overlevende bandleden. Gitarist Harvey ‘The Snake’ Mandell verving Henry Vestine gedurende de periode 1996-’70, en stond zo dus ook op Woodstock. In weliswaar en in noodgedwongen wisselende bezettingen, gaat de band onverwoed verder en wordt de band nu versterkt door Dale Spalding met de vocals, gitaar en harmonica. ‘Boogie with Canned Heat’ bracht het barstensvolle kerkplein meermaals in beroering. Wereldhits als (hier de openingsong) ‘On The Road Again’ en (afsluiter) ‘Let’s Work Together’ staan gelukkig nog steeds op hun playlist.

Canned Heat - Fred and The Healers - TMT au Centre Culturel René ...

 

 

Wat prijkt dan tussen deze wereldhits? Wel, vooral ‘Future Blues’ uit 1970 was een geweldige rocksong met Harvey Mandell op het voorplan. ‘Big Fat Mama’ met The Mole op gitaar en Spalding op bas waren uitstekend en ‘So Sad’ stak in een keurig boogie jasje. ‘Sugar Bee’ oorspronkelijk van Eddie Shuler, maar voor het eerst op plaat gezet door Cleveland Crochet in 1960 is een Cajun en Louisiana getinte parel en ‘Amphetamine Annie’ uit het album ‘Boogie With Canned Heat’ (‘68) is een tekstueel zwaar beladen song, zeg maar een nummer op speed. Fitto nam ons mee naar Woodstock, ‘al hebben jullie hier een eigen Woodstock‘ grapte hij, en zette gezwind ‘On The Road Again’in. Fitto die hier niet zo toonvast bleek, kreeg snel vocaal ondersteuning van Dale Spalding. Een laatste leuk wapenfeit was uiteindelijk ‘Christo Redemtor’ voor de gelegenheid geleend bij Charlie Musselwhite. Bij het uitgesponnen bisnummer ‘We Wanna Boogie‘, kwam die diepe vette boogie groove nog eens het licht opsteken. Met een heuse medley drijven wij de nacht in, ‘All Night Long.’



Tekst: Ivan Van Belleghem, Frank Jacobs, Philip Verhaege

Foto’s: Philip Verhaege


Met dank aan Swing Wespelaar